Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Vasculaire anomalieën beslaan een heterogene groep afwijkingen, variërend van onschuldige cutane laesies tot levensbedreigende malformaties. Incorrect gebruik van terminologie heeft van oudsher tot veel verwarring in de klinische praktijk en onjuiste diagnoses geleid. Tegenwoordig wordt het ISSVA-classificatiesysteem gebruikt als gouden standaard voor vasculaire anomalieën. Hierin worden twee hoofdcategorieën onderscheiden: vasculaire tumoren (zoals hemangiomen) en vasculaire malformaties. In dit artikel wordt ingegaan op de ISSVA-classificatie en de belangrijkste verschillen tussen de categorieën. Ook wordt uitgebreid ingegaan op de radiologische beeldvorming, waarbij met name echografie en MRI een grote rol spelen. Tot slot wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste therapieën van vasculaire malformaties, met de focus op interventieradiologische behandelingen.

Ondanks dat het aantal gevallen van scabiës in Nederland in 2025 iets lager is ten opzichte van 2024, blijft het aantal hoog. Besmetting vindt voornamelijk plaats door huid-op-huidcontact of via besmette kleding en beddengoed. In de dagelijkse dermatologiepraktijk worden verschillende methoden gebruikt om de diagnose scabiës te bevestigen, waarbij de dermatoscoop gevolgd door de lichtmicroscoop het meest gangbaar zijn. Voor de eliminatie van scabiësmijten zijn momenteel drie geregistreerde en vergoede behandelingen beschikbaar: permetrinecrème, benzylbenzoaatsmeersel (25%), en ivermectinetabletten. Helaas blijkt het in de praktijk vaak lastig om effectieve maatregelen op te volgen met therapiefalen dan wel herbesmetting tot gevolg.

Type 1-diabetes is een chronische ziekte waarvoor levenslang behandeling met insuline noodzakelijk is. Sinds de ontdekking van insuline in 1921 is de behandeling van type 1-diabetes aanzienlijk geëvolueerd. Moderne technologieën, zoals continue glucosemonitoring (CGM) en insulinepompen, hebben de glucoseregulatie en het gebruikersgemak verbeterd. Hybride ‘closed loop’-systemen, die (basis)insuline automatisch toedienen op basis van realtime glucosegegevens, hebben de glykemische controle verder verbeterd voor een brede groep patiënten. Deze systemen gelden momenteel als de standaard in de behandeling van type 1-diabetes. De recente technologische ontwikkelingen hebben geleid tot een verschuiving in behandeldoelen, waarbij nu meer wordt gestreefd naar Time In Range (TIR) in plaats van alleen HbA1c. Deze innovaties bieden nieuwe mogelijkheden, maar ook uitdagingen zoals toegang tot technologie en training. Dit artikel bespreekt daarnaast de verschillende soorten sensoren en insulinepompen en geeft handvatten om samen met patiënten de juiste keuze te maken. Tot slot wordt het belang van goede begeleiding, kennis van de verschillende systemen en educatie voor patiënten en zorgverleners benadrukt.

Advanced critical care-echocardiografie (ACCE) stelt professionals in de acute zorg in staat om direct aan het bed doelgericht een diagnoses te stellen en therapieën te evalueren bij kritisch zieke patiënten. Zo is ACCE een goed hulpmiddel bij het bepalen van de oorzaak van shock, het meten van cardiac output en het beoordelen van fluid-responsiveness. Het helpt bij het herkennen van pathologieën zoals tamponade, acuut cor pulmonale en klepafwijkingen. Door ACCE kunnen interventies nauwkeuriger afgestemd worden en valkuilen in de behandeling worden vermeden. Adequate scholing en ervaring zijn essentieel om de techniek correct toe te passen en te integreren in klinische besluitvorming.

Multipele sclerose (MS) is een heterogeen ziektebeeld, dat wordt beïnvloed door immunologische, genetische en omgevingsfactoren. De drie subtypen (relapsing-remitting, primair progressief en secundair progressief) worden gekenmerkt door een combinatie van inflammatie met demyelinisatie en neurodegeneratie. Voor een eerste ziekte-episode passend bij demyelinisatie (clinically isolated syndrome; CIS) kan er sprake zijn van een subklinische ziektefase in de vorm van een radiologically isolated syndrome (RIS) of een prodromale fase. De afgelopen decennia is de prognose van MS verbeterd, doordat de ziekte vaker vroeg in het ziektebeloop kan worden vastgesteld en er meer geavanceerde behandelingen zijn ontwikkeld. Factoren die de prognose van MS beïnvloeden, waaronder het subtype, patiëntspecifieke eigenschappen en externe invloeden, worden in dit artikel besproken. Inzicht in deze factoren is van groot belang bij de voorlichting van patiënten over hun ziektebeloop en prognose, alsook bij het kiezen van de juiste behandeling en verminderen van beïnvloedbare risicofactoren.

Hartfalen is een complex klinisch syndroom dat zich kenmerkt door een onvermogen van het hart om adequate circulatie te leveren voor de fysiologische behoeften van het lichaam. Dit kan leiden tot symptomen als kortademigheid, verminderde inspanningstolerantie, vermoeidheid en vochtretentie. Bij lichamelijk onderzoek kan er sprake zijn van verhoogde centraal veneuze druk, pulmonale crepitaties, perifeer ‘pitting’ oedeem of ascites.
Hartfalen wordt onderverdeeld in drie groepen op basis van ejectiefractie: hartfalen met een verminderde ejectiefractie (HFrEF), een licht verminderde ejectiefractie (HFmrEF) en een behouden ejectiefractie (HFpEF). Voor alle patiënten met HFrEF dient de behandeling zich primair op ziektemodificerende therapieën te richten die zowel morbiditeit als mortaliteit verlagen: ACE-i/ARNI, β-blokkers, MRA en SGLT2-remmer. Voor sommige patiënten kan een belangrijke daling van morbiditeit en mortaliteit worden bereikt door middel van cardiale resynchronisatie therapie (CRT) met een biventriculaire pacemaker en/of het implanteren van een inwendige cardioverter-defibrillator (ICD).