Nascholing voor en door zorgprofessionals

Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!

Hoe werkt deze Academy?

Nascholing voor zorgprofessionals

Gesorteerd op nieuw - oud
Schildersziekte in de praktijk Lees meer over Schildersziekte in de praktijk Schildersziekte in de praktijk
De incidentie van chronische toxische encefalopathie (CTE) is sinds 1998 duidelijk afgenomen, blijkt uit cijfers van het NCvB (Beroepsziekten in cijfers 2014). Desondanks kunnen bedrijfs- en verzekeringsartsen nog steeds worden geconfronteerd met deze aandoening. In dit artikel wordt een casus van een meubelspuiter besproken. De bedrijfsarts reageert alert op klachten van aanhoudende moeheid, prikkelbaarheid, geheugenproblemen en somberheid en verwijst betrokkene naar een solventteam. De blootstelling gedurende 18 jaar dienstverband wordt ingeschat als hoog. Bij neuropsychologisch onderzoek worden cognitieve functiestoornissen geobjectiveerd, passend bij CTE. Andere mogelijke oorzaken voor het klachtenpatroon kunnen niet worden vastgesteld. Aangezien er sprake is van blijvende gezondheidsschade, adviseert de bedrijfsarts een vervroegde IVA aan te vragen. De verzekeringsarts ziet bij eigen onderzoek het CTE-klachtenbeeld bevestigd. Er zijn nagenoeg geen herstelverwachtingen. De arbeidsdeskundige kan geen functies duiden, als gevolg waarvan betrokkene volledig en duurzaam arbeidsongeschikt wordt geacht en in aanmerking komt voor een IVA. Na het stoppen van de blootstelling lijkt sprake van licht herstel van de cognitieve functiestoornissen.
Positieve psychologie in de huisartsenpraktijk Lees meer over Positieve psychologie in de huisartsenpraktijk Positieve psychologie in de huisartsenpraktijk
Wereldwijd wordt onderzoek gedaan naar de effecten van positieve psychologie. Inmiddels is aangetoond dat positieve psychologie een positief effect heeft op het welzijn van mensen en leidt tot afname van depressieve klachten. Positieve psychologie richt zich niet alleen op de behandeling of preventie van gezondheidsproblemen, maar juist ook op het bevorderen van gezondheid, welbevinden, kwaliteiten en vaardigheden. In dit artikel wordt een casus beschreven van een man die aanvankelijk met verdenking van hartklachten in het ziekenhuis belandde, maar uiteindelijk in de huisartsenpraktijk wordt behandeld door de POH-GGZ/VS-GGZ.
Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn Lees meer over Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn
Aan de hand van een casus wordt beschreven welk klinisch redeneerproces de fysiotherapeut kan volgen om behandeldoelstellingen bij een vrouw met postpartum bekkenpijnklachten scherp te krijgen. Hierbij wordt de wetenschappelijke literatuur kritisch beschouwd en worden de meest recente inzichten met betrekking tot postpartum bekkenpijn besproken. Daarna wordt bekeken in welke mate vrouwen met postpartum bekkenpijn zich van elkaar onderscheiden op basis van compensatiestrategieën. Tot slot komt aan bod in welke mate diagnostiek van het functioneren van de bekkenbodem van belang kan zijn.
Handelingsprotocol nader onderzoek naar de doodsoorzaak bij kinderen Lees meer over Handelingsprotocol nader onderzoek naar de doodsoorzaak bij kinderen Handelingsprotocol nader onderzoek naar de doodsoorzaak bij kinderen
In Nederland overlijden jaarlijks circa 1100 kinderen. De Wet verplicht behandelend artsen om voordat zij een verklaring van overlijden afgeven, in alle gevallen van overlijden van minderjarigen te overleggen met de gemeentelijk lijkschouwer over de aard en oorzaak van het overlijden. Wanneer na het overlijden van een minderjarige de doodsoorzaak niet (voldoende) duidelijk is, maar er geen aanwijzingen zijn voor niet-natuurlijk overlijden, kan nader onderzoek naar de doodsoorzaak van het kind worden verricht. Dit handelingsprotocol beschrijft wanneer en hoe door betrokken specialismen een nader onderzoek naar de doodsoorzaak kan worden gestart, welke informatie wordt verzameld, welke (aanvullende) onderzoeken worden uitgevoerd, welke materialen worden afgenomen, hoe de ouders worden begeleid en hoe de verkregen informatie vervolgens wordt besproken en geregistreerd.
De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten Lees meer over De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten
Het afgelopen decennium zijn belangrijke stappen gezet in de ontwikkeling van geautomatiseerde loopvaardigheidstraining op de loopband met behulp van robotische exoskeletten. Deze robots lijken steeds meer op therapeuten van vlees en bloed, en ook in Nederland heeft een aantal robotische trainers (de Lokomat en de LOPES II) zijn entree gemaakt in de kliniek. In dit artikel wordt stilgestaan bij een aantal belangrijke vragen die deze ontwikkeling opwerpt. Is het mogelijk bewegingen te leren met behulp van robots? Waarmee moet zoal rekening worden gehouden bij het ontwerpen van robotische looptrainers? Kan een robot echt een therapeut vervangen? En wat is het wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van robotische loopvaardigheidstraining? Dit zijn belangrijke vragen, want hoewel de ontwikkeling van robotische looptrainers nog min of meer in de kinderschoenen staat, lijkt het erop dat ook op de lange termijn rekening moet worden gehouden met geautomatiseerde loopvaardigheidstraining. De robots komen eraan!
Het Toxic Incident Counseling Model Lees meer over Het Toxic Incident Counseling Model Het Toxic Incident Counseling Model
Bij een eenmalige plotselinge blootstelling aan een gevaarlijke stof of wanneer gevaarlijke stoffen onverwacht worden aangetroffen in een bedrijf, kan paniek ontstaan. De arbodienst, bedrijfsarts en andere arboprofessionals zijn hierbij vaak nauw betrokken. Het vanuit de praktijk ontwikkelde Toxic Incident Counseling Model kan helpen de situatie via een systematische arbeidsgezondheidskundige aanpak beheersbaar te maken. Het model kent een aantal opeenvolgende stappen die door de ingeschakelde adviseur doorlopen kunnen worden: verhelder het probleem, spreek met directbetrokkenen op de werkplek, verzamel de vragen die leven onder het personeel, lees u in, weeg af en licht voor en bied de mogelijkheid van individuele counseling. Bedrijfsartsen kunnen hier een belangrijke rol in spelen met deskundig, onafhankelijk advies, basiskennis van de toxicologie en goede communicatieve vaardigheden in het contact met werknemers en management en met andere betrokken deskundigen (arbeidshygiënisten, Inspectie SZW, medische specialisten).