Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
MRSA (meticillineresistente Staphylococcus aureus) is een Staphylococcus aureus die ongevoelig is voor de bètalactamantibiotica en vaak ook andere groepen van antibiotica. Omdat veel mensen een Staphylococcus aureus bij zich dragen en de bacterie een potentiële verwekker is van (dikwijls ernstige) infecties, bijvoorbeeld na operatieve ingrepen, wordt in Nederland een streng ‘search and destroy’ beleid gehanteerd om de MRSA buiten de ziekenhuizen en de zorginstellingen te houden en de lage incidentie in de populatie te handhaven. Er wordt actief gescreend op een mogelijk risico van dragerschap bij patiënten en zorgmedewerkers. In landelijke richtlijnen worden verschillende categorieën onderscheiden op basis van het risico van dragerschap. Deze indeling heeft gevolgen voor diagnostiek en de te nemen maatregelen bij opname in een zorginstelling. Wanneer een MRSA wordt aangetroffen, wordt een patiënt in strikte isolatie verpleegd en mag een zorgmedewerker geen patiëntencontact hebben. Eventuele verspreiding dient te worden uitgesloten door contactonderzoek bij zorgmedewerkers en patiënten. De mogelijkheid en wenselijkheid tot eradicatie van de MRSA wordt per individu bepaald. Bij een MRSA-uitbraak in een ziekenhuis of zorginstelling komt het outbreakteam bijeen om verdere verspreiding te voorkomen en afdelingen en ziekenhuis zo spoedig mogelijk MRSA-vrij te kunnen verklaren.
Het ‘search and destroy’ beleid vereist alertheid en vaak tijdrovende en intensieve medewerking van alle betrokkenen, maar blijkt vooralsnog succesvol.
Hartfalen is een complex van klachten en verschijnselen ten gevolge van een tekortschietende pompfunctie van het hart. Er worden drie vormen van hartfalen onderscheiden. Voor de symptomen is het onderscheid tussen backward failure (falen vóór de aangedane harthelft) en forward failure (na de aangedane harthelft) van belang. De belangrijkste oorzaak van hartfalen is het doormaken van een hartinfarct; ook andere oorzaken worden besproken. Door de vele oorzaken en vormen van hartfalen verschilt de behandeling per persoon.
Nieuwe focale neurologische uitval bij patiënten bekend met een hersentumor hoeft niet altijd tumorprogressie te betekenen.
Sociale pediatrie is een jong subspecialisme, maar het heeft oude wortels. Zoals in het navolgende interview wordt benadrukt door zowel Elise van de Putte als Boudien Flapper: de principes van de sociale pediatrie horen aan de basis te liggen van de manier van werken van elke (algemeen) kinderarts. Ook het woord ‘geneeskunst’, een van de thema’s van dit nummer, kwam tijdens de gesprekken voorbij.
Door een hoger geworden administratielast staat de tijd in een spreekuur die daadwerkelijk aan de patiënt kan worden besteed, toenemend onder druk. Daarom, en omdat assertievere, geletterde ouders hier steeds vaker om vragen, wordt voor (aanvullende) informatie meer en meer verwezen naar folders of websites. Ook wordt (ouders van) patiënten ter voorbereiding of ter controle gevraagd scoreformulieren of vragenlijsten in te vullen. Voor de laaggeletterde ouder leidt dit steeds meer tot problemen.
Osteogenesis imperfecta (OI) is een aangeboren erfelijke aandoening van het steun- en bindweefsel. Broze botten en daarmee een hoge fractuurkans zijn de meest in het oog springende kenmerken. Er zijn verschillende typen OI variërend van mild tot zeer ernstig. De diagnose OI wordt vaak al op de kinderleeftijd gesteld, zeker bij de ernstige typen van OI. Soms zijn de symptomen echter zo minimaal, dat de diagnose pas later of zelfs op volwassen leeftijd kan worden gesteld.
Naast een diagnose op klinische kenmerken, zoals veel fracturen, hypermobiliteit van ledematen, kromgroeien van ledematen en wervelkolom, wordt de diagnose op basis van DNA gesteld.
De zorg voor patiënten met OI is in Nederland goed geregeld in expertisecentra.
De coördinatie van het expertisecentrum voor volwassen patiënten in Zwolle is in handen van een verpleegkundig specialist.
Een laag energetisch trauma bij patiënten met OI dient als een hoog energetisch letsel te worden behandeld. De patiënt met OI is expert, overleg en samenwerking met hem/haar zijn essentieel.