Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Pas sinds betrekkelijk korte tijd besteden kinderartsen serieuze aandacht aan roken en de gevolgen ervan. Werd in de eerste
Een 16-jarige jongen presenteerde zich met hoesten, stuwing van de linkerbovenarm en mogelijk gewichtsverlies.
Aan de hand van een casus van een 2-jarige jongen die een zeer moeilijk te behandelen febriele status epilepticus doormaakt worden behandeling en diagnostische overwegingen besproken in het acute stadium. Spoedige agressieve behandeling van een status epilepticus is van groot belang. Het klinische beloop illustreert een hemiconvulsie-hemiplegie-epilepsie (HHE-)syndroom, een zeldzaam en ernstig epilepsiesyndroom.
Mensen met epilepsie moeten in het dagelijks leven rekening houden met belangrijke beperkingen. Behalve de bekende consequenties voor rijgeschiktheid zijn er minder bekende restricties op het gebied van werk (gevaarlijke beroepen, scheep- en luchtvaart), recreatie (watersport, niet-gemotoriseerde luchtvaart) en maatschappelijke betrokkenheid (bloed doneren). Artsen en paramedici die mensen met epilepsie willen adviseren krijgen soms te maken met conflicterende belangen. Enerzijds wil een behandelaar zijn patiënt optimaal helpen, anderzijds is er de maatschappelijke taak om mensen met epilepsie te wijzen op de geldende regels. Restricties kunnen een reden zijn om informatie suboptimaal met de behandelaar te delen. Voor een optimale begeleiding is het essentieel dat de hulpverlener kennis heeft van de geldende wetten en regels, evenals van de procedures die mensen met epilepsie moeten doorlopen om (on)geschikt verklaard te worden.
Het Emma Thuis team (ETt) is opgericht om de kinderpalliatieve zorg te verbeteren. Het is het eerste vanuit het ziekenhuis
Pijn is een signaal dat door het lichaam geïnterpreteerd wordt als een waarschuwing voor potentiële of actuele schade. De eerste stap is het waarnemen van (potentieel) schadelijke prikkels via nociceptoren. Het nociceptieve signaal wordt doorgestuurd naar het ruggenmerg, gemoduleerd en door projectieneuronen naar hogere hersengebieden gestuurd. In die gebieden is er geen structuur specifiek voor de verwerking van het nociceptieve signaal. De verwerking van het nociceptieve signaal en daarmee de registratie en gewaarwording van pijn vloeit voort uit de samenwerking van diverse supraspinale hersengebieden (de 'pain matrix'). In het complexe netwerk van nociceptoren, ruggenmerg en supraspinale hersengebieden, zorgen 'top-down' descenderende zenuwbanen at de pijn versterkt of verzacht kan worden. Deze respons wordt gemoduleerd door regio's in de hersenstam. Bij chronische pijn wordt het pijnsignaal versterkt en kan het moeilijk worden gemoduleerd; via medicijnen kan de modulatie worden ondersteund. De verwerking van pijn is een multifactorieel proces.