Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Perioperatief optredende myocardischemie treedt meestal vroeg in de postoperatieve periode op en wordt gekenmerkt door stille ischemie van het STdepressietype, vaak voorafgegaan door een stijging in de hartfrequentie. Deze ischemie kan leiden tot een perioperatief myocardinfarct (PMI). In de pathofysiologie van het PMI speelt het ruptureren van een instabiele coronaire plaque waarschijnlijk een minder grote rol, maar is er veelal sprake van een stressgeïnduceerd myocardinfarct in aanwezigheid van coronaire stenoses.

We bespreken een 16-jarig meisje dat zich in korte tijd herhaaldelijk presenteerde op de spoedeisende hulp met ernstige, symptomatische hypoglykemieën. Zij was sinds elf jaar bekend met diabetes mellitus type 1 (DM type 1), adipositas, diverse ketoacidotische ontregelingen en gedragsproblemen sinds de scheiding van haar ouders. Aan de hand van deze casus bespreken we de differentiaaldiagnose van recidiverende ernstige hypoglykemieën bij kinderen en adolescenten met DM type 1. De uiteindelijk gestelde diagnose factitious hypoglykemieën is een zeldzame diagnose die, wanneer hij eenmaal overwogen wordt, eenvoudig biochemisch te bevestigen is. De behandeling is echter complex en vergt een multidisciplinaire benadering.

Inleiding | Infusie: pompstanden in milliliter per uur | Infusie: druppels per minuut | Spuitenpompen: concentratie van een oplossing | Literatuur

Sinds 1997 is de Bispectraalindex( BIS)monitor beschikbaar voor klinisch gebruik en zijn hierover vele wetenschappelijke publicaties verschenen. Veelal betreffen het studies waarbij BISmonitoring wordt ingezet met als doel de hoeveelheid benodigde anesthetica te verminderen, de ontwaak, detubatieen ontslagtijden te bekorten en de incidentie van misselijk en braken te verminderen. De meeste aandacht gaat echter uit naar de vraag of BISmonitoring de incidentie van onbedoeld wakker zijn (awareness) tijdens een operatieve ingreep vermindert. Studies tonen met wisselend resultaat aan dat de incidentie van awareness afneemt. Inherent verbonden aan het werkingsmechanisme van de BISmonitor, bestaat er een aantal beperkingen in de toepassing waarmee de gebruiker terdege rekening dient te houden.

Het perioperatieve risico wordt door drie factoren bepaald: de heelkundige ingreep zelf, de algemene gezondheidstoestand van de patiënt en het risico eigen aan de anesthesie. Deze rechtstreekse anesthesiegerelateerde mortaliteit is de laatste decennia substantieel gedaald en wordt tegenwoordig geschat op minder dan 1 op 200.000 anesthesieën. Deze vooruitgang is voornamelijk te danken aan het routinematig gebruik van een uitgebreide en nauwkeurige bewaking van de vitale functies van de patiënt onder narcose.

Frequent worden kinderartsen geconfronteerd met kinderen met een hartgeruis. De waarde van ecg en thoraxfoto is beperkt. Bij kinderen waarbij op klinische gronden de verdenking bestaat van een hartafwijking, kunnen ecg en thoraxfoto informatie geven over de gevolgen daarvan. Bij asymptomatische kinderen met een geruis zijn ecg en thoraxfoto niet zinvol en soms zelfs misleidend.