Nascholing voor en door zorgprofessionals

Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!

Hoe werkt deze Academy?

Nascholing voor zorgprofessionals

Gesorteerd op nieuw - oud
Het eeg in de kindergeneeskundige praktijk Lees meer over Het eeg in de kindergeneeskundige praktijk Het eeg in de kindergeneeskundige praktijk
De belangrijkste indicatie voor het aanvragen van een elektro-encefalogram (eeg) is epilepsie. Het eeg kan helpen bij het stellen van de diagnose epilepsiesyndroom en bij het lokaliseren en classificeren van de epilepsie, en kan informatie geven over de prognose. Voor een juiste interpretatie van het eeg is kennis over de leeftijd, het bewustzijn, eventuele provocatiemethoden en informatie over omstandigheden en eventuele medicatie essentieel. Bij kinderen is de leeftijd van groot belang. Epileptiforme activiteit is paroxismale activiteit die bestaat uit pieken, piekgolfcomplexen (zoals bij childhood absence epilepsy), ritmeverandering of vervlakking van het signaal. De epileptiforme ontlading is paroxismaal en goed te onderscheiden van het omringende eeg. Een stoornis van het achtergrondpatroon is afwijkend, maar niet specifiek voor de oorzaak. Afwijkende (tragere) intermitterende focale activiteit kan een uiting zijn van een lokale cerebrale functiestoornis. Het herkennen van artefacten is erg belangrijk; een video-eeg -registratie kan hierbij helpen.
Attention Deficit Disorder (ADD) en werk Lees meer over Attention Deficit Disorder (ADD) en werk Attention Deficit Disorder (ADD) en werk
Een secretaresse bij een overheidsinstelling viel uit vanwege een scala aan psychische en somatische klachten en beperkingen die sinds 1992 tot frequent en langdurig verzuim hadden geleid. Op basis van een dossierstudie en uitgebreide diagnostiek werd de diagnose Attention Deficit Disorder (ADD) gesteld. De behandeling bestond uit neurofeedbacktherapie. Door intensieve begeleiding en een tijdcontingente re-integratie kon de medewerkster binnen een jaar weer volledig haar werk hervatten. Sindsdien is zij, dankzij de therapie, voor deze aandoening niet meer uitgevallen. Bekijk hier een videodemonstratie van neurofeedbacktherapie. (Vanaf 1:55 min.)
Verslavingskunde en de ontwikkeling van de verpleegkundige in de verslavingszorg Lees meer over Verslavingskunde en de ontwikkeling van de verpleegkundige in de verslavingszorg Verslavingskunde en de ontwikkeling van de verpleegkundige in de verslavingszorg
De rol van de verpleegkundige in de verslavingszorg heeft zich de afgelopen twintig jaar ontwikkeld. In de praktijkvoering is meer differentiatie ontstaan in verpleegkundige functies en herschikking van taken tussen verpleegkundigen en medische disciplines. Binnen de verslavingszorg zijn zowel niveau 4- als niveau 5-verpleegkundigen werkzaam, alsook verpleegkundig specialisten en sociaal-psychiatrisch verpleegkundigen. Zowel in de intramurale als in de ambulante zorg bestaan verpleegkundige taken en interventies uit anamnese, analyse, planning, uitvoering en evaluatie van de zorg. De zorg richt zich op de gezondheidsproblemen die zijn ontstaan door het gebruik van de middelen en die in stand worden gehouden door de verslaving. In dit artikel schetsen we aan de hand van een aantal specifieke thema’s – intoxicatie, somatiek detoxificatie, terugvalmanagment en onderhoudsbehandeling – hoe het verpleegkundig werk binnen de verslavingszorg eruitziet.
Endovasculaire behandeling bij het acute herseninfarct Lees meer over Endovasculaire behandeling bij het acute herseninfarct Endovasculaire behandeling bij het acute herseninfarct
Behandelstrategieën in de acute fase van het ischemische herseninfarct zijn erop gericht de doorbloedingsstoornis zo snel mogelijk op te heffen om de kans op weefselschade te verkleinen. Bij een acuut herseninfarct, veroorzaakt door een occlusie van een grote intracraniële arterie, kan endovasculaire behandeling worden toegepast. Recente trials laten zien dat deze behandeling bij herseninfarcten in de voorste circulatie bij geselecteerde patiënten een significant grotere kans geeft op onafhankelijk functioneren. Verder onderzoek is nodig naar het effect van de endovasculaire behandeling bij meer distale afsluitingen, afsluitingen in de achterste circulatie en bij patiënten met een onbekend tijdstip van het ontstaan van uitvalsverschijnselen of patiënten die meer dan 6 uur na het ontstaan van uitvalsverschijnselen worden behandeld.
Acute farmacotherapie Lees meer over Acute farmacotherapie Acute farmacotherapie
Veel aandoeningen in de medische praktijk beginnen plotseling en heftig en worden aangeduid als ‘acuut’, zoals acuut hartinfarct, acute sinusitis of acuut astma. In het Pinkhof Geneeskundig Woordenboek (2006) wordt ‘acuut’ omschreven als ‘plotseling beginnend en hevig verlopend’, in tegenstelling tot het begrip ‘chronisch’. Acute aandoeningen komen ook frequent voor in de eerstelijnsgezondheidszorg, waarbij snel handelen en farmacotherapie vaak centraal staan. Deze nascholing richt zich op acute farmacotherapie: eerst wordt de algemene benadering van patiënten met acute aandoeningen besproken, gevolgd door een aantal veelvoorkomende specifieke aandoeningen. De nadruk ligt op aandoeningen die (mede) met geneesmiddelen worden behandeld en die zich vooral in de eerste lijn voordoen – het domein van de spoedeisende geneeskunde. Gezien de urgentie van de klachten en de directe zorgbehoefte van deze patiënten, komt ook de inhoud van de dokterstas aan bod. Deze speelt een cruciale rol wanneer medicatie direct moet worden toegediend en niet via het reguliere voorschrijf- en aflevertraject kan worden verstrekt. Deze e-learning biedt u als apotheker inzicht in de rol van geneesmiddelen bij acute aandoeningen en versterkt uw kennis over de farmacotherapeutische keuzes in spoedeisende situaties.
Heparineresistentie Lees meer over Heparineresistentie Heparineresistentie
Heparineresistentie tijdens hartchirurgie wordt gedefinieerd als het onvermogen met een adequate dosis heparine de geactiveerde stollingstijd te verlengen tot het gewenste niveau. Een te lage geactiveerde stollingstijd zorgt ervoor dat de patiënt onvoldoende ontstold is, waardoor initiatie van cardiopulmonale bypass mogelijk kan resulteren in excessieve activatie van de stolling. De oorzaak van heparineresistentie is vaak complex en multifactorieel. De behandeling bestaat uit toedienen van additionele doses heparine, antitrombineconcentraat en fresh frozen plasma, maar hier zijn nadelen aan verbonden. Er zijn alternatieve geneesmiddelen, waarvan directe trombineremmers het meestbelovend zijn.