Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Schildklierhormoon is een onmisbaar hormoon voor de regulatie van onze stofwisseling. Een overmaat aan schildklierhormoon (hyperthyreoïdie) komt met name bij vrouwen voor en veroorzaakt een ernstig ziektebeeld dat zonder behandeling progressief is. Een juiste diagnose is essentieel voor de behandeling. De twee belangrijkste oorzaken van hyperthyreoïdie zijn de ziekte van Graves en toxisch multinodulair struma. De opties voor therapie zijn medicamenteus, radioactief jodium en operatie. Behandeling van hyperthyreoïdie is complex en vergt een goed begrip en compliance van de patiënt. Zorgvuldige voorlichting van de arts en andere gezondheidsmedewerkers is daarom noodzakelijk.

Een 19-jarige man presenteerde zich met het beeld van een meningitis en sepsis. Er werd gestart met antibiotica en dexamethason. Aanvullend onderzoek toonde een Staphylococcus aureus endocarditis van de aortaklep. In verband met een progressieve aortaklepinsufficiëntie en hartfalen was aortaklepvervanging noodzakelijk. Het postoperatieve beloop werd gecompliceerd door een intracerebrale bloeding onder orale anticoagulantia. Ondanks adequate antibiotische behandeling ontstonden er nieuwe abcessen rond de kunstklep. Chirurgische interventies waren niet meer mogelijk. De patiënt overleed aan de gevolgen van progressief hartfalen.

In dit artikel gaan we in op het goed gebruiken van transferhulpmiddelen om het aantal klachten van het bewegingsapparaat bij zorgverleners terug te dringen. Landelijk wordt dit onder andere ondersteund door het invoeren van de Praktijkrichtlijnen, het transferprotocol, het denken in mobiliteitsklassen, transferhandboeken en de ruim 10.000 ErgoCoaches die naast hun gewone zorgtaken het aandachtsveld ‘ergonomie’ hebben. Deze maatregelen zijn terug te vinden in de arbocatalogi van de diverse branches. We werken hierna twee technieken in detail uit (het aanbrengen van de sling en de transfer van lig naar zit met een passieve tillift).

Bij de indicatiestelling voor een hartslag-apneumonitor in de thuissituatie staat de aanwezigheid van, of verhoogde kans op (verlengde) centrale apneus en bradycardie voorop. Bij kinderen met een zuurstofafhankelijkheid, of wanneer bewaking noodzakelijk is op het saturatieprofiel bij obstructieve ademhalingsproblematiek, wordt gebruikgemaakt van een pulsoximetriemonitor. Als een hartslag-apneumonitor is geïndiceerd, verdient het de voorkeur een monitor met geheugen te gebruiken. Geheugenmonitoring kan als diagnostisch instrument gebruikt worden en geeft de mogelijkheid tot inzicht in de aard en ernst van de alarmen. Dit draagt bij tot geruststelling van de ouders en bevordert het proces van besluitvorming ten aanzien van het stoppen van de monitor. Door de behandelend arts zal dan ook kritisch gekeken dienen te worden naar het type monitor dat wordt voorgeschreven.

Sepsis is een ernstige ziekte. De incidentie van sepsis bij kinderen is ongeveer 1 op 2000 en is het hoogst in de neonatale periode en bij onderliggende ziekte. Sepsis is gedefinieerd als het systemisch inflammatoir responssyndroom (sirs) in aanwezigheid of als resultaat van vermoedelijke of bewezen infectie. Vroege herkenning van sepsis is moeilijk, maar essentieel om therapie tijdig te kunnen instellen. Tijdens sepsis ontstaat naast de inflammatoire respons vaak ook een immuunsuppressieve respons met nadelige effecten. Snelle inzet van antibiotica en snel herstel van de hemodynamische toestand zijn cruciaal voor een goede behandeling. Er is nog geen effectieve immunomodulerende therapie beschikbaar. Er zijn meerdere strategieën die bijdragen aan preventie van sepsis, en simpele nieuwe interventies lijken veelbelovend voor het terugdringen van de incidentie van sepsis.

Het aantal virussen dat klinische symptomen kan veroorzaken breidt zich nog altijd uit. Voorbeeld van een virus dat een sepsisachtig ziektebeeld kan veroorzaken is het parechovirus, voornamelijk subtype 3. Nieuwe verwekkers van respiratoire infecties zijn humaan metapneumovirus en Nieuwe Influenza H1N1. Uitbraken van gastro-intestinale infecties met norovirus worden steeds beter herkend door toename van diagnostische mogelijkheden. Door klimaatveranderingen en een toenemend aantal reizen naar tropische gebieden zullen virussen als het chikungunyavirus zeer waarschijnlijk endemisch worden. Ten slotte worden met regelmaat nieuwe virussen zoals het bocavirus ontdekt, waarvan de pathogeniciteit nog moet worden vastgesteld.