Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Tussen 2007 en 2009 werd Nederland getroffen door de grootste Q-koortsepidemie ter wereld. De meeste mensen herstellen snel na een Q-koorts infectie, maar een aantal mensen houdt langdurig klachten. De beschreven cliënt liep in 2009 een Q-koortsinfectie op en ontwikkelde nadien QVS. Cognitieve gedragstherapie gaf geen volledig herstel. De copingstrategie, doorgaan, heeft geleid tot een burn-out (aanpassingsstoornis), waardoor volledige uitval optrad. Er wordt geen behandeling ingezet en de cliënt wordt langdurig volledig arbeidsongeschikt gehouden. Hoewel voor de ziekmelding de werkgever jarenlang ruimte heeft gegeven voor terugkeer naar het werk, was hier volgens het UWV niet juist gehandeld en werd een loonsanctie opgelegd. Het blijft voor de bedrijfs- en verzekeringsarts zorg om goed in het oog te houden of de belasting in het werk en de belastbaarheid van de cliënt bij elkaar passen. Zeker als het fors mentaal belastende werkzaamheden zijn.

Pediatric condition falsification (PCF) is een vorm van kindermishandeling waarbij de ouder of verzorger een gezond kind

De ‘Veilige principes’ richten zich op veilige zorg voor de cliënt én op veilig werken voor de professional. De ‘Veilige principes in de medicatieketen VVT’ beschrijven wat ‘in principe’ veilig is in de medicatiezorg en wat daarbij de taak en verantwoordelijkheid zijn van cliënt, arts, apotheker, verpleegkundige en verzorgende, en bestuurder van de zorgorganisatie. Samen moeten zij een sluitende medicatieketen vormen.

Het obstructieveslaapapneusyndroom (OSAS) is een nog onvoldoende onderkende oorzaak van vermoeidheid. OSAS komt veel voor en de prevalentie neemt toe, gerelateerd aan een toename van obesitas. OSAS heeft veel invloed op de gezondheid, het functioneren sociaal en in werk, en op het ontstaan van ongevallen. (Vroeg)diagnostiek en adequate behandeling zijn dan ook van belang. Bedrijfsartsen kunnen een rol spelen in het opsporen van OSAS-patiënten door bij vermoeidheidsklachten te vragen naar snurken, ademstilstanden ’s nachts en overmatige slaperigheid overdag. Zeker bij mannelijke patiënten met overgewicht, vergrote nekomvang en/of hypertensie moet hieraan worden gedacht. OSAS is geen beroepsziekte of werkgerelateerde aandoening. In de begeleiding van medewerkers met behandelde OSAS is het van belang therapietrouw te controleren en actief te interveniëren op leefstijl. Screening op OSAS wordt aanbevolen bij organisaties waar sprake is van eentonige of monotone werkzaamheden en bij populaties met veel cardiovasculaire risicofactoren.

Besluiten over gezondheids- en behandeldoelen voor kwetsbare ouderen met multimorbiditeit moeten in lijn zijn met uitkomsten die voor de ouderen zelf het meest ‘er toe doen’. Een goed proces van ‘Samen beslissen’ door ouderen, hun naasten en de zorgverlener draagt daaraan bij. In de praktijk wordt er minder vaak samen beslist dan ouderen en naasten zouden willen.
Door eerder in het proces stil te staan bij wat voor ouderen belangrijk is voor hun kwaliteit van leven, worden vaker besluiten genomen die hieraan bijdragen. Dit vraagt van zorgverleners specifieke vaardigheden en dient te worden ondersteund door het team en de organisatie.

Palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn is niet veel anders dan ‘gewone’ palliatieve zorg. Er zijn echter wel specifieke aandachtspunten. In dit artikel beschrijven we deze aandachtspunten, die zijn ontleend aan een recent ontwikkelde handreiking Palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn.