Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud![[18F]-FES-PET bij borstkanker: wat kunnen we ermee?](https://cdh.prelumacademy.nl/storage/1c/27/1c2718a0-8a43-4d60-810d-3d8a002525d0/conversions/01JS27774TC03XW0D5BAASRC9Q-medium.jpg)
Borstkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. Ondanks nieuwe ontwikkelingen in de behandeling krijgt een deel van de vrouwen te maken met metastasen. Het is essentieel om borstkanker tijdig en adequaat te behandelen. Het beloop van de ziekte is afhankelijk van vele factoren, onder andere de expressie van de oestrogeenreceptor (ER). Bij de meeste patiënten met borstkanker komt de ER tot expressie (ongeveer 70-80%). Een biopt wordt momenteel beschouwd als de gouden standaard voor het bepalen van de expressie van hormoonreceptoren. Deze techniek heeft echter beperkingen en daarom kan beeldvorming van het gehele lichaam met PET van toegevoegde waarde zijn. Een [18F]-FES-PET (PET-scan met fluor-gelabeld oestradiol) kan een mogelijke alternatieve manier zijn om de aanwezigheid van ER-expressie in het gehele lichaam te bepalen. Bij [18F]-FES-PET ligt de focus op visualisatie van de ER. [18F]-FES-PET kan in de klinische praktijk worden toegepast bij gemetastaseerde borstkanker met een klinisch dilemma. Momenteel neemt het aantal centra dat een [18F]-FES-PET-scan kan verrichten langzaam toe. Het is nu echter belangrijk om nucleair geneeskundigen te scholen om de [18F]-FES-PET-scan te kunnen interpreteren. In dit artikel worden de belangrijkste aspecten van [18F]-FES-PET bij borstkanker beschreven, zoals de procedure, indicaties en beoordeling van de scan. Tot slot worden praktijkvoorbeelden gegeven.

Het aanvalsdagboekje is de gouden standaard op het spreekuur voor de evaluatie van de epilepsiebehandelingen. Dit dagboekje blijkt heel onbetrouwbaar. Een grootschalig Duits onderzoek naar bijna 30 000 aanvallen met documentatie van video-EEG laat zien dat slechts een kwart van die aanvallen betrouwbaar worden opgemerkt door de patiënt. Dit probleem van onderrapportage speelt meer bij aanvallen met verminderde dan bij aanvallen met intacte gewaarwording. Daarnaast is de zelfrapportage structureel minder betrouwbaar in de nacht, terwijl dat juist de periode is waarin aanvallen het meest voorkomen. Het is belangrijk om de beperkte betrouwbaarheid van het dagboekje mee te wegen bij de evaluatie van epilepsiebehandelingen, met name bij patiënten die veel alleen zijn, patiënten met aanvallen met verminderde gewaarwording en patiënten met nachtelijke aanvallen.

In 2016 werd voorspeld dat kunstmatige intelligentie radiologen zou vervangen, maar bijna tien jaar later blijven radiologen onmisbaar in de klinische praktijk. Daarbij heeft AI vandaag de dag slechts nog een beperkte ondersteunende rol in de zorg. In Nederland gebruikt weliswaar 57% van de ziekenhuizen AI voor diagnostiek en verslaglegging, toch blijft grootschalige adoptie beperkt door technische uitdagingen, hoge kosten en een gebrek aan bewijs voor daadwerkelijke effectiviteit in de Nederlandse praktijk. Met initiatieven zoals het AIFI-project (NVvR) wordt gewerkt aan standaarden, validatie en samenwerking tussen ziekenhuizen om de adoptie te versnellen. Daarbij moeten we realistisch blijven en toewerken naar een breed gedragen ondersteunende rol voor AI in de radiologische praktijk.

Een focale status epilepticus (FSE) bij volwassenen is een complexe neurologische noodsituatie met heterogene klinische presentaties. Dit artikel belicht de epidemiologie, diagnostiek, classificatie, en behandeling van FSE en vat nieuwe wetenschappelijke inzichten en persoonlijke klinische ervaring samen. Door het gebrek aan prospectieve interventiestudies specifiek voor FSE, blijft de aanpak van een FSE grotendeels afhankelijk van klinisch redeneren, ondersteund door EEG en soms beeldvorming. De balans tussen adequate behandeling en het vermijden van iatrogene schade is cruciaal. Het opgestelde stroomdiagram in figuur 3 biedt ondersteuning voor de dagelijkse praktijk.

Epilepsiesyndromen worden al lange tijd beschreven als op zichzelf staande entiteiten, maar een formele classificatie ontbrak vooralsnog. In 2022 heeft de International League Against Epilepsy (ILAE) een classificatie gepubliceerd, waarin de definities van de verschillende epilepsiesyndromen zijn beschreven. Hierbij is ook de naamgeving van diverse epilepsiesyndromen veranderd. In dit artikel wordt de nieuwe classificatie in drie verschillende groepen beschreven: debuutleeftijd bij zuigelingen, bij kinderen en variabele debuutleeftijd.

In Nederland worden ongeveer 250 000 EEG’s per jaar gemaakt voor onder andere de diagnostiek bij epilepsie, ontwikkelingsstoornissen, slaapstoornissen en het monitoren van patiënten na een reanimatie op de intensive care. Visuele beoordeling is de gouden standaard, maar in toenemende mate zijn er algoritmen beschikbaar gebaseerd op kunstmatige intelligentie (AI) die dit kunnen ondersteunen. Hier bespreken we de toepassingen van AI bij epilepsiediagnostiek en het voorspellen van neurologische uitkomst bij comateuze patiënten na een reanimatie. Voor epilepsiediagnostiek worden routinematig kortdurende EEG’s gemaakt, terwijl ambulante EEG-registraties (18-24 uur) een veel hogere sensitiviteit hebben. Het gebruik van langere registraties wordt vooral beperkt door de tijd die de beoordeling vergt; we bespreken hoe AI de beoordeling van ambulante registraties kan verkorten tot die van een routine-EEG. Daarnaast bespreken we de mogelijke toepassing van AI bij het voorspellen van neurologische uitkomst van patiënten met een postanoxische encefalopathie.