Nascholing voor en door zorgprofessionals
Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!
Hoe werkt deze Academy?
Nascholing voor zorgprofessionals
Gesorteerd op nieuw - oud
Prostaatkanker is een veelvoorkomende vorm van kanker. Het merendeel van de patiënten wordt gediagnosticeerd tussen de 60 en 80 jaar en in toenemende mate in de werkende populatie. Mannen met prostaatkanker hebben een relatief lange overleving en krijgen dan ook vaak te maken met bijwerkingen van behandelingen, wat wordt geïllustreerd met de casus in dit artikel. Er wordt dieper ingegaan op de behandeling van prostaatkanker, waarbij verschillende benaderingen en de bijwerkingen daarvan worden beschreven. Als laatste wordt de rol van de bedrijfsarts en verzekeringsarts bij de begeleiding van mannen met prostaatkanker beschreven, evenals de vraag of prostaatkanker als beroepsziekte kan worden beschouwd.

Voorkomen is beter dan genezen. Bij het uitvoeren van fysiek werk zijn de risico’s op overbelasting en blessures echter groot. Overbelasting of een blessure beperkt het uitvoeren van dit werk direct en daardoor kan de medewerker het eigen werk niet of slechts gedeeltelijk uitvoeren. Een groot deel van deze medewerkers wordt behandeld door een fysiotherapeut. Hierbij is er geen of weinig aandacht voor het werk en de arbeidsbelasting van die medewerker. Dit artikel beschrijft hoe de fysiotherapeut meer aandacht kan hebben voor het werk en de arbeidsbelasting, door samen met de medewerker deze belasting te onderzoeken zijn verbeterpunten op te sporen en te trainen. Op die manier is er meer aandacht voor het fysieke werk en de relatie met de klacht. Aan de hand van een casus wordt de methodiek Arbeidsgerichte herstelbegeleiding (AGHB) belicht in dit artikel.

Chronische nierschade (CNS) is een wereldwijd gezondheidsprobleem met een stijgende prevalentie. Patiënten met CNS hebben een verhoogd risico op nierfalen en cardiovasculaire complicaties. Screening op CNS is dus essentieel om patiënten op tijd te identificeren en behandelen. De THOMAS-studie onderzocht op een gerandomiseerde manier het effect van populatiescreening op CNS door albuminurie thuisscreening. Uit de studie bleek dat de bereidheid onder de algemene bevolking om hieraan deel te nemen hoog is. Het identificeert tijdig individuen met verhoogde albuminurie en nieuw gediagnosticeerde CNS alsook cardiovasculaire risicofactoren of risicofactoren die buiten de streefwaarden vielen. Deze individuen kunnen baat hebben bij therapeutische interventies om progressie van CNS te vertragen en cardiovasculaire complicaties te voorkomen.

In Nederland heeft meer dan de helft van de volwassenen overgewicht en is inmiddels 16% obees. Door de grote gezondheidsrisico’s van deze ziekte leeft deze populatie korter en door de groei in incidentie stijgt de druk op de gezondheidszorg. Tot op heden is metabole chirurgie, ofwel bariatrische chirurgie, de meest effectieve en duurzame behandeling van obesitas. Deze vorm van chirurgie heeft in de afgelopen twintig jaar enorme ontwikkelingen doorgemaakt en door standaardisatie en implementatie van fast-track chirurgie is het risico op complicaties zeer beperkt. De samenwerking van dedicated teams heeft ertoe geleid dat er in de grote behandelvraag kan worden voorzien en dat nu 65% van de patiënten in dagbehandeling wordt geopereerd, snel herstelt en langer gezonder en gelukkiger leeft. Dit maakt obesitaszorg een interessante tak van zorg.

Al decennialang groeit het aantal mensen met obesitas. Ook buiten centra voor bariatrische chirurgie zul je daarom steeds vaker te maken krijgen met patiënten met obesitas. Het geven van anesthesie aan patiënten met obesitas vereist kennis over de specifieke veranderingen en aandachtspunten van de patiënt met (morbide) obesitas. In dit artikel wordt ingegaan op de definitie en prevalentie van obesitas. Daarnaast worden de aandachtspunten besproken voor het geven van anesthesie aan patiënten met obesitas, met speciale aandacht voor de gevolgen van anatomische en fysiologische veranderingen op de farmacokinetiek van de meest gebruikte anesthetica en manieren om de dosis van deze middelen aan te passen.

De mannelijke tractus urogenitalis bestaat enerzijds uit de nieren en het systeem dat samen de urinewegen vormt en anderzijds uit de prostaat, penis en testes, die dienen voor de voortplanting. De nieren, ureters, blaas en urethra hebben allen een eigen functie in de productie, opslag, transport of uitscheiding van urine. De prostaat en penis kunnen daarbij ook een rol spelen in afvloedbelemmering van urine. Doordat de onderdelen een keten vormen, kan elke pathologische verandering aan een van de structuren de andere beïnvloeden en leiden tot orgaanschade. Een veelvoorkomende aandoening bij de oudere man is prostaatkanker, dat veel verschillende stadia en behandelingen kent. In dit artikel worden, naast een uiteenzetting van de anatomie, de meest voorkomende urologische aandoeningen aan de verschillende onderdelen van de tractus urogenitalis gepresenteerd, zodat aan de hand van kennis van de anatomie het juiste begrip ontstaat over de aandoening en het effect die dit kan hebben op het dagelijks functioneren van een patiënt.