Physios
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Physios?
Abonneer nu!
Alle collecties van Physios
Gesorteerd op nieuw - oud
Fysiotherapeuten worden regelmatig geconsulteerd door patiënten met functioneringsproblematiek waarvan de oorzaak ligt in een deficiëntie van de spierkracht. De slechte definiëring van spierkracht en de overschatting van kracht als bepalende factor voor (sport)prestaties zorgen ervoor dat enkele kanttekeningen te plaatsen zijn bij krachttraining in de huidige fysiotherapeutische praktijk. De auteurs pleiten er daarom voor om het trainen van vermogen als een alternatieve, meer passend trainingsdoel te stellen. In dit artikel worden enkele handreikingen gegeven voor het trainen van vermogen die aansluiten op de huidige kennis vanuit de relevante fysiologie.
Kwetsbaarheid of frailty van ouderen is een complexe toestand waarover in de literatuur nog veel onduidelijkheid bestaat. Recentelijk zijn er vele meetinstrumenten ontwikkeld om de mate van kwetsbaarheid in kaart te brengen. Deze instrumenten variëren enorm, zowel qua vorm als qua inhoud, en elk instrument heeft zijn voor- en nadelen. Er kan dan ook nog geen voorkeur uitgesproken worden ten aanzien van een van deze instrumenten. Wel is duidelijk dat de meetinstrumenten op dit moment vooral geschikt zijn als diagnostisch instrument en dat hun waarde als evaluatiemaat nog onbekend is. Ter illustratie worden er in dit artikel twee
meetinstrumenten besproken.
In de fysiotherapie bestaat geen eenduidige betekenis van het begrip proprioceptie. In de literatuur wordt aan het oefenen hiervan op verschillende wijzen invulling gegeven. Proprioceptie is een onderdeel van de somatosensoriek en behoort daarmee tot de afferente kant van de sensomotorische cirkel. Zowel ter hoogte van ruggemerg, hersenstam en cortex interacteert proprioceptie met de efferente kant van de sensomotorische cirkel, waarbij vooral de spierspoel een belangrijke functie heeft. Weefselbeschadiging, pijn, immobilisatie en vermoeidheid hebben een negatief effect op de proprioceptie. Dit artikel geeft een beknopt overzicht van de theorie en toepassing van proprioceptie in de fysiotherapiepraktijk.
In de medische wereld zijn vele richtlijnen, standaarden en protocollen beschikbaar. Voor de fysiotherapeut zijn met name de KNGF-richtlijnen van belang. Voor de ontwikkeling van deze richtlijnen is een stappenplan opgesteld en wordt internationaal samengewerkt. Uit onderzoek blijkt echter dat het gebruik van de richtlijnen door fysiotherapeuten te wensen over laat. In een praktijkvoorbeeld wordt het zoeken naar richtlijnen op internet, het filteren van de informatie en het gebruik van deze informatie toegelicht. Richtlijnen geven weliswaar richting aan het fysiotherapeutisch handelen, maar u moet zich als therapeut nog steeds uitgedaagd
voelen tot kritisch nadenken.
Als het leven tegenzit, krijgt de mens verlangens naar zoete en vetrijke hapjes. Dat is bekend. Uit onderzoek blijkt dat calorierijk eten inderdaad de zenuwen flink kalmeert, maar natuurlijk ook kan leiden tot vetzucht, depressies en nog meer stress. Het is aangetoond (in onderzoek met ratten) dat de neiging om te veel te eten bij stress biologisch bepaald wordt. En wat voor ratten geldt, is ook van toepassing op de mens, zo stellen onderzoekers.
In de jaren negentig zijn in het menselijk brein spiegelneuronen ontdekt. Oorspronkelijk werd gedacht dat dit motorische neuronen waren, maar het bleek dat deze neuronen tevens een rol spelen bij ons gevoel, inlevingsvermogen en taalbegrip. Het gangbare sensomotorische model kan het bestaan van spiegelneuronen niet verklaren en kan daarom beter aangevuld worden door het ideomotorisch model, waarbij bewegen centraal staat. De actie en het doel van de actie zijn belangrijke factoren als we iets leren. Oefeningen kunnen het best in een zinvolle context gegeven worden, waarbij een actie uitgelokt wordt. Leren door imitatie, modelling en het spelen van rollen behoren tot het fysiotherapeutisch instrumentarium dat een beroep doet op spiegelneuronen. Als van de verbeelding gebruikgemaakt wordt, zijn er eindeloos veel meer mogelijkheden om functioneel te oefenen.