A&I

Een onafhankelijke, geaccrediteerde nascholing over perioperatieve geneeskunde

Een combinatie van vaktijdschrift, e-learning en congressen, geaccrediteerd door de ABIC. Aanvragen die door ABIC worden geaccrediteerd krijgen de categorie ‘Nascholing Intensive Care’. De nascholingen met deze categorie tellen mee voor zowel het basisspecialisme (NVA, NIV, NVVC, NVvH, NVN en NVALT) als het aandachtsgebied Intensive Care.  

Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van A&I?

Abonneer nu! Meer informatie

Alle collecties van A&I

Gesorteerd op nieuw - oud
Pijnbestrijding en palliatieve zorg Lees meer over Pijnbestrijding en palliatieve zorg Pijnbestrijding en palliatieve zorg
Palliatieve zorg is een benadering die de kwaliteit van het leven verbetert van patiënten (en hun naasten) die te maken hebben met een levensbedreigende aandoening, door het voorkomen en verlichten van lijden, door middel van vroegtijdige signalering en zorgvuldige beoordeling en behandeling van pijn en andere problemen van lichamelijke, psychosociale en spirituele aard. Deze definitie van de WHO uit 2002 is nog niet veranderd. Wel verandert met de tijd de vorm van palliatieve zorg aan specifieke (groepen) patiënten. Dit is ingegeven door resultaten van wetenschappelijk onderzoek of door het opstellen van richtlijnen met aanbevelingen; waarvan hier een greep uit 2015.
Vruchtwaterembolie: een ingewikkeld syndroom met een misleidende naam Lees meer over Vruchtwaterembolie: een ingewikkeld syndroom met een misleidende naam Vruchtwaterembolie: een ingewikkeld syndroom met een misleidende naam
Het vruchtwateremboliesyndroom kan zich fulminant ontwikkelen en heeft vaak een fatale afloop. De afgelopen decennia zijn de pathofysiologische inzichten veranderd: nu wordt niet langer gedacht dat een embolie het beeld kan verklaren. Recentere analyses leggen de nadruk op het belang van het humorale en immunologische systeem, waarbij niet de antigenen zelf, maar de maternale respons hierop een anafylactoïde reactie initieert en een cascade veroorzaakt. Het klinisch beeld, dat zich meestal tijdens of direct na de partus ontwikkelt is heterogeen. De trias hypoxie, hypotensie en coagulopathie is in het merendeel van de gevallen aanwezig. De diagnose wordt primair op basis van de symptomen gesteld. De aanwezigheid van foetale cellen in de maternale circulatie is geen geschikt criterium voor het aantonen of uitsluiten van het syndroom. Vroegtijdige herkenning, invasieve monitoring en ondersteuning zijn cruciaal. Correctie van metabole en stollingsstoornissen is tot op heden de enige vorm van therapie.
Polyfarmacie bij ouderen in het ziekenhuis Lees meer over Polyfarmacie bij ouderen in het ziekenhuis Polyfarmacie bij ouderen in het ziekenhuis
Er is sprake van polyfarmacie als een patiënt vijf of meer geneesmiddelen uit verschillende therapeutische groepen of
Hypertensieve crisis Lees meer over Hypertensieve crisis Hypertensieve crisis
Bij een acute of symptomatische ernstige (>120-130 mmHg diastolisch of >200-220 mmHg systolisch) verhoging van de bloeddruk dient onderzocht te worden of er sprake is van een hypertensieve crisis, d.w.z. of er (kans op) acute orgaanschade of progressie van reeds bestaande orgaanschade is, of dat er sprake is van ernstige hypertensie zonder acute of progressie van orgaanschade. De term ‘hypertensieve crisis’ omvat twee situaties: 1 hypertensieve urgentie, waarbij er kans is op acute of progressie van orgaanschade maar deze er nog niet is, en 2 hypertensief noodgeval waarbij acute orgaanschade manifest is. De volgende hypertensieve noodgevallen worden onderscheiden: hypertensieve crisis met retinopathie, microangiopathie, acute nierinsufficiëntie of encefalopathie, cardiale ischemie, acuut hartfalen met longoedeem, acute aortadissectie, hersenbloeding of herseninfarct, adrenerge crisis, postoperatieve hypertensie, en pre-eclampsie/eclampsie. Afhankelijk van de aard van de hypertensieve crisis wordt bepaald hoe snel, in welke mate en met welke middelen de bloeddruk verlaagd dient te worden.
Een kind met stridor Lees meer over Een kind met stridor Een kind met stridor
Stridor is een hoorbaar symptoom dat voortkomt uit een snelle turbulente luchtstroom door een vernauwd segment van de luchtwegen. Verreweg de meest voorkomende verworven oorzaak van stridor bij kinderen is laryngitis subglottica. Het is belangrijk bij de eerste evaluatie systematisch te werk te gaan, gebruikmakend van een goede differentiële diagnose. In de differentiële diagnose van obstruerende bovensteluchtweginfecties staan nog twee andere ziektebeelden die minder vaak voorkomen dan laryngitis subglottica maar wel een ernstig beloop kunnen hebben: epiglottitis en bacteriële tracheïtis. De Sectie Kinderanesthesiologie heeft een protocol ‘Moeilijke luchtweg bij kinderen’ en bijbehorend stroomdiagram ontwikkeld, toegespitst op de Nederlandse situatie. Indien er geen tijd voor overleg of verwijzing naar een kindercentrum mogelijk is, wordt het algoritme ‘niet herkende moeilijke luchtweg’ gebruikt.
Is anesthesie schadelijk voor het brein van het jonge kind? Lees meer over Is anesthesie schadelijk voor het brein van het jonge kind? Is anesthesie schadelijk voor het brein van het jonge kind?
Talrijke dierstudies en in-vitro-studies hebben aangetoond dat anesthetica nadelige effecten kunnen hebben op de ontwikkeling