Physios

Praktijkgerichte nascholing voor de fysiotherapeuten

Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Physios?

Abonneer nu!

Alle collecties van Physios

Gesorteerd op nieuw - oud
Schouderklachten bij de bovenhandse sporter Lees meer over Schouderklachten bij de bovenhandse sporter Schouderklachten bij de bovenhandse sporter
In het algemeen is te stellen dat het ontstaan van schouderklachten bij de bovenhandse sporter is gerelateerd aan de hoge eisen die worden gesteld aan de schouderregio door het genereren van krachten in de eindstanden, en dat gecombineerd met techniekfouten, nadelige adaptaties en de vele herhalingen. Het doel van een tweeluik over dit onderwerp is aan de algemeen fysiotherapeut een compact overzicht bieden van de huidige inzichten rondom de schouderklachten die optreden bij werp- en slagsporten. In beperkte mate zal ook hangen aan de arm en uitstoten van gewichten aan bod komen. Dit eerste deel van het tweeluik start met de beschrijving van de normale werp- en slagbeweging, met daarop volgend hoofdstukken over de mogelijke oorzaken en de specifieke aandoeningen die gerelateerd zijn aan bovenhandse sporten. In een volgend deel komen de diagnostiek en de fysiotherapeutische behandeling aan bod.
Zijn de obertesten valide voor het vaststellen van de mobiliteit van de iliotibiale band? Lees meer over Zijn de obertesten valide voor het vaststellen van de mobiliteit van de iliotibiale band? Zijn de obertesten valide voor het vaststellen van de mobiliteit van de iliotibiale band?
In de validiteitsstudie van Willet en collega’s (2016) wordt aangetoond dat de obertesten niet valide zijn voor het bepalen van de mobiliteit van de iliotibiale band (ITB). Willet en de zijnen voerden een menselijke kadaverstudie uit waarbij structuren werden doorgesneden en bepaald werd of de uitslagen van obertesten hierdoor veranderde. De obertesten zouden met name gebruikt moeten worden om de mobiliteit van de proximale structuren van de ITB in kaart te brengen en fysiotherapeuten moeten afstand doen van de gedachte dat de ITB te rekken valt.
Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn Lees meer over Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn Diagnostiek bij postpartumbekkenpijn
Aan de hand van een casus wordt beschreven welk klinisch redeneerproces de fysiotherapeut kan volgen om behandeldoelstellingen bij een vrouw met postpartum bekkenpijnklachten scherp te krijgen. Hierbij wordt de wetenschappelijke literatuur kritisch beschouwd en worden de meest recente inzichten met betrekking tot postpartum bekkenpijn besproken. Daarna wordt bekeken in welke mate vrouwen met postpartum bekkenpijn zich van elkaar onderscheiden op basis van compensatiestrategieën. Tot slot komt aan bod in welke mate diagnostiek van het functioneren van de bekkenbodem van belang kan zijn.
De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten Lees meer over De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten De geautomatiseerde therapeut: loopvaardigheidstraining met robotische exoskeletten
Het afgelopen decennium zijn belangrijke stappen gezet in de ontwikkeling van geautomatiseerde loopvaardigheidstraining op de loopband met behulp van robotische exoskeletten. Deze robots lijken steeds meer op therapeuten van vlees en bloed, en ook in Nederland heeft een aantal robotische trainers (de Lokomat en de LOPES II) zijn entree gemaakt in de kliniek. In dit artikel wordt stilgestaan bij een aantal belangrijke vragen die deze ontwikkeling opwerpt. Is het mogelijk bewegingen te leren met behulp van robots? Waarmee moet zoal rekening worden gehouden bij het ontwerpen van robotische looptrainers? Kan een robot echt een therapeut vervangen? En wat is het wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van robotische loopvaardigheidstraining? Dit zijn belangrijke vragen, want hoewel de ontwikkeling van robotische looptrainers nog min of meer in de kinderschoenen staat, lijkt het erop dat ook op de lange termijn rekening moet worden gehouden met geautomatiseerde loopvaardigheidstraining. De robots komen eraan!
Bekkenfysiotherapie, meer dan alleen een bekkenbodem behandelen Lees meer over Bekkenfysiotherapie, meer dan alleen een bekkenbodem behandelen Bekkenfysiotherapie, meer dan alleen een bekkenbodem behandelen
De bekkenbodem vormt de schakel tussen het musculoskeletale stelsel en het orgaanstelsel, en speelt een rol in de stabiliteit en motorische controle van lage rug en bekken, ondersteunt de pelviene organen (d.w.z. organen in het bekken en de buik), en speelt een rol bij mictie, defecatie en seksualiteit. Door compensatiestrategieën kunnen functiestoornissen in de lage rug en het bekken leiden tot bekkenbodemdisfuncties en omgekeerd. De fysiotherapeut dient bij de behandeling van lage rugen bekkenklachten alert te zijn op reeds bestaande bekkenbodemdisfuncties in relatie tot de klacht en op het ontstaan van nieuwe bekkenbodemdisfuncties gedurende het behandeltraject. Door het nog steeds heersende taboe op het praten over bekkenbodemdisfuncties zal de fysiotherapeut actief naar deze stoornissen moeten vragen. Indien de bekkenbodem een rol speelt, zowel causaal als ten gevolge van later ontstane compensatiestrategieën, is medebehandeling door een bekkenfysiotherapeut aan te bevelen.
Ons plastische lichaamsschema Lees meer over Ons plastische lichaamsschema Ons plastische lichaamsschema
In het algemeen ‘weten’ wij waar onze lichaamsdelen zich bevinden, al dan niet bewust. Het feit dat wij een lichaamsschema hebben, wil zeggen dat wij een spontaan besef hebben over de grootte, de stand en de onderlinge verhoudingen van het lichaam en de lichaamsdelen. Gebruiksvoorwerpen kunnen worden opgenomen in ons lichaamsschema: we kunnen als het ware voelen via gebruiksvoorwerpen (vork, blindenstok, tennisracket), het gebruiksvoorwerp wordt min of meer een verlengstuk van het lichaam. Het lichaamsschema is een relatief constant, stabiel fenomeen, dat wil zeggen dat het niet zomaar verdwijnt. Tegelijkertijd is het ook plastisch, dat wil zeggen dat het binnen zekere grenzen kan veranderen. Door hersenbeschadigingen, perifeer zenuwletsel, operaties, amputaties of langdurige pijn kunnen er veranderingen optreden in het lichaamsschema. Dat geeft problemen in het dagelijks leven. De fysiotherapeut kan door stimulatie via verschillende sensorische modaliteiten en actief bewegen invloed uitoefenen op het lichaamsschema.