Imago
Een onafhankelijke, ongesponsorde nascholingsformule over radiologie en nucleaire geneeskunde
Een multimediale combinatie van een vaktijdschrift, online kenniscentrum en geaccrediteerde e-learnings, geaccrediteerd door de NVvR en NVNG.

Alle collecties van Imago
Gesorteerd op nieuw - oud
Patiënten met een herseninfarct door een cardiale emboliebron hebben vaker ernstigere symptomen, een hoger risico op een recidief herseninfarct en een slechtere functionele uitkomst dan patiënten met een herseninfarct door een andere oorzaak. Deze patiëntengroep heeft doorgaans een indicatie voor anticoagulantia in plaats van trombocytenaggregatieremmers. De huidige diagnostiek naar een cardiale emboliebron in Nederland bestaat uit een ECG, ritmemonitoring en cardiale beeldvorming door middel van transthoracale echografie. In de praktijk wordt de echo regelmatig niet, of pas dagen tot weken na het herseninfarct verricht met een groot risico op diagnostische vertraging. Een CT-scan van het hart als onderdeel van het acute scanprotocol is een modaliteit die kan leiden tot snellere en betere detectie van een cardiale emboliebron. Wereldwijd groeit het aantal ziekenhuizen dat CT-hart implementeert in hun acute scanprotocol. Met de toenemende ervaring kan de waarde van de CT-hart steeds beter ingeschat worden en lijkt het een veelbelovende modaliteit voor het optimaliseren van de beroertezorg. Er moeten echter nog stappen worden ondernomen om de waarde te evalueren in het kader van value-based healthcare, zoals het minimaliseren van scantijden en het scholen van zorgpersoneel.

Tuberculose van het centrale zenuwstelsel doet zich in Nederland vooral voor bij mensen uit landen waar tuberculose endemisch is, of bij de ouderen die in hun jeugd besmet zijn geraakt. Een hiv-infectie en immuunsuppressie verhogen het risico. De ziekte kan zich uiten als een subacute meningitis, cerebrale tuberculomen of myelitis/spondylodiscitis. Tuberculeuze meningitis kan ernstig verlopen met sterfte of blijvende schade tot gevolg. Helaas wordt het vaak te laat herkend. Microbiologische diagnostiek van de liquor is ongevoelig, en dikwijls wordt er een waarschijnlijkheidsdiagnose gesteld op basis van het klinische beeld, typische liquorafwijkingen en epidemiologie. De behandeling bestaat uit maandenlange antimycobacteriële behandeling, adjuvante corticosteroïden en soms uit liquordrainage. Tijdens de behandeling kan een paradoxale verslechtering optreden met een toename van de koorts, inflammatie en neurologische en/of radiologische achteruitgang. Dit noopt tot verlengde of hernieuwde immunosuppressie. Als aan tuberculose van het centrale zenuwstelsel wordt gedacht, moet isolatie worden overwogen, omdat veel patiënten ook longafwijkingen hebben en daarmee besmettelijk kunnen zijn.

Prof. dr. Lotty Hooft promoveerde als medisch bioloog op de afdeling Nucleaire geneeskunde en Klinische epidemiologie van het VUmc. Daar ontstond ook haar interesse in het vertalen van wetenschappelijk onderzoek naar klinisch handelen. Inmiddels is ze onder meer hoogleraar Evidence Synthesis and Knowledge Translation bij UMC Utrecht en directeur van Cochrane Netherlands. Een gesprek over richtlijnen, AI en de huidige tijdgeest.

Viscerale arteriële aneurysmata (VAA’s) zijn een zeer zeldzame entiteit. Als een VAA niet wordt behandeld, kan dat leiden tot een ruptuur met dodelijke gevolgen. Er is een scala aan oorzaken van deze aandoening. Meestal worden ze echter bij toeval ontdekt. CT is de modaliteit van keuze om VAA’s goed te kunnen karakteriseren en CT-beelden kunnen worden gebruikt als roadmap voor een eventuele behandeling. De behandeling kan bestaan uit watchful waiting, een chirurgische en/of endovasculair ingreep. Binnen de endovasculaire technieken is er een verscheidenheid aan behandelopties. Aan de hand van enkele casussen worden een aantal van die verschillende endovasculaire technieken besproken.

Wittestofafwijkingen zijn een frequente (toevals)bevinding bij MRI-onderzoek van het cerebrum bij volwassenen. De differentiële diagnose is zeer uitgebreid, maar de meeste wittestofafwijkingen hebben een vasculo-ischemische origine. In dat geval zijn er vaak ook lacunaire infarcten en microbloedingen. Indien er onvoldoende argumenten voor een vasculo-ischemische origine zijn, helpt beoordeling van het verdelingspatroon van de wittestofafwijkingen bij de verdere uitwerking van de differentiële diagnose. De onderverdeling in een 1 vasculair, 2 demyeliniserend, 3 cavitair en 4 aspecifiek verdelingspatroon maakt in combinatie met klinische verschijnselen gericht aanvullend onderzoek, zoals metabole of DNA-diagnostiek mogelijk. Van aandoeningen als CADASIL, ziekte van Fabry en COL4A1-mutatiegeassocieerde ziekte wordt steeds meer bekend dat mildere fenotypen voorkomen, waardoor laagdrempelig onderzoek naar deze aandoeningen te overwegen is. Door deze gestructureerde benadering zal aanvullend onderzoek vaker tot een diagnose leiden.

AI helpt oorzaak lage rugpijn te vinden | FAPI-PET/CT toont veelbelovende resultaten bij gynaecologische kankertypen | Irene van der Schaaf benoemd tot hoogleraar | Vici-beurs voor onderzoek naar verlaging stralingsdosis bij PET/CT-scans | Ac-225: van kernafval tot kankerbehandeling | Embolisatie vermindert heuppijn bij patiënten met artrose | Mensen met verstandelijke
beperking nemen minder vaak deel aan bevolkingsonderzoek