A&I

Een onafhankelijk, praktijkgerichte nascholing over perioperatieve geneeskunde

Een combinatie van vaktijdschrift, e-learning en congressen, geaccrediteerd door de ABIC. Aanvragen die door ABIC worden geaccrediteerd krijgen de categorie ‘Nascholing Intensive Care’. De nascholingen met deze categorie tellen mee voor zowel het basisspecialisme (NVA, NIV, NVVC, NVvH, NVN en NVALT) als het aandachtsgebied Intensive Care.  

Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van A&I?

Abonneer nu! Meer informatie

Alle collecties van A&I

Gesorteerd op nieuw - oud
Terrorisme in Nederland Lees meer over Terrorisme in Nederland Terrorisme in Nederland
Na de recente aanslagen in diverse Europese landen bereidt Nederland zich al geruime tijd voor op een grootschalig terroristisch incident, waarbij specifieke letsels (blast) en mass casualties realiteit zullen worden. Om de mortaliteit en morbiditeit van de groep slachtoffers positief te beïnvloeden dient men pre-hospitaal, in de zogenaamde ‘warm zone’, te focussen op adequate triage en minimale ‘damage control / stop de bloeding’-interventies. Gezien de ontstane disbalans tussen zorgvraag en zorgaanbod dient men zorgvuldig om te gaan met behandelresources en is het adagium ‘do the most for the most’ zeer belangrijk. In-hospitaal is de kennis van terrorisme-gerelateerde letsels van levensbelang, evenals inzicht in de principes van damage control resuscitation (DCR) en damage control surgery (DCS). Bij DCR zal de focus ook liggen op het corrigeren van de ontstane coagulopathie terwijl bij DCS het ‘packen’ van intra-abdominale organen bijvoorbeeld eerste prioriteit zal krijgen.
Interview met Harry Büller Lees meer over Interview met Harry Büller Interview met Harry Büller
Naast de vitamine K-antagonisten voor orale antistollingsbehandeling zijn er sinds 2008 direct werkende orale anticoagulantia (DOAC’s). Dabigatran, rivaroxaban, apixaban en edoxaban zijn geregistreerd voor een van de belangrijkste indicatiegebieden: de preventie van cerebrovasculaire accidenten en systemische embolie bij niet-valvulair atriumfibrilleren met een of meer risicofactoren. De komende jaren zullen factor XI-remmers waarschijnlijk meer aandacht krijgen.
Antistolling tijdens cardiopulmonale bypass Lees meer over Antistolling tijdens cardiopulmonale bypass Antistolling tijdens cardiopulmonale bypass
De ontwikkeling van de cardiopulmonale bypass heeft ervoor gezorgd dat openhartchirurgie mogelijk werd. Het gebruik hiervan wordt geassocieerd met activatie van het hemostatische systeem, de reden waarom het bewerkstelligen van antistolling zeer belangrijk is gedurende deze procedure. Tot voor kort bestond er nog geen richtlijn die optimale toepassing van antistolling gedurende cardiopulmonary bypass definieert en in de praktijk is er een grote variatie aan handelwijzen. Met de recente komst van de richtlijn ‘Anticoagulation during cardiopulmonary bypass’ wordt geprobeerd om de uitvoering hiervan te standaardiseren.
Nieuws Lees meer over Nieuws Nieuws
Dabigatran voor patiënten met myocardschade na niet-cardiale chirurgie; de MANAGE-trial | Spoedintubatie bij de moeilijke luchtweg: bougie versus tube met stylet | Peri-operatieve goal-directed therapy: wordt de patiënt er beter van?
Ongeoorloofde dubbelmedicatie Lees meer over Ongeoorloofde dubbelmedicatie Ongeoorloofde dubbelmedicatie
De antistollingszorg is de laatste jaren volop in beweging. Voorheen waren patiënten die orale antistolling nodig hadden voor atriumfibrilleren of een veneuze trombo-embolie, aangewezen op vitamine K-antagonisten. Sinds 2009 zijn de DOAC’s op de markt gekomen; deze zijn geregistreerd voor de preventie en behandeling van een veneuze trombo-embolie of de preventie van embolie bij atriumfibrilleren. Omdat er meerdere behandelmogelijkheden zijn voor patiënten met atriumfibrilleren of een veneuze trombo-embolie, is het van belang alle betrokken hulpverleners op de hoogte te brengen van de keuze van het middel, zoals ook de LSKA 2.0 (Landelijke Standaard Ketenzorg Antistolling) adviseert. Dit geldt temeer bij omschakeling naar een ander antistollingsmiddel, waarbij men alert moet zijn op ongeoorloofde dubbelmedicatie.
Diabetes mellitus en anesthesie Lees meer over Diabetes mellitus en anesthesie Diabetes mellitus en anesthesie
Het aantal patiënten met diabetes mellitus neemt enorm toe; boven de 65 jaar heeft al ongeveer 20% van de bevolking diabetes. Het merendeel hiervan (90%) heeft diabetes mellitus type 2. In de preoperatieve fase worden de orale bloedsuikerverlagende middelen niet gegeven op de dag van de operatie. Dit beleid geldt ook voor de nieuwe klassen bloedsuikerverlagende middelen, de DPP-4-remmers, de GLP-1-analogen en de SGLT2-remmers. Omdat de insulinebehoefte van een nuchtere bedlegerige patiënt lager is dan normaal, moeten insulinedoseringen preoperatief worden aangepast. Patiënten met een insulinepomp kunnen deze peroperatief doorgebruiken met een aangepaste basaalstand. De optimale behandeling van hyperglykemie – bij patiënten met of zonder diabetes mellitus – perioperatief of tijdens een IC-opname blijft een discussiepunt. De huidige consensus is dat hyperglykemie boven de 10 mmol/l behandeling behoeft en dat hypoglykemie zoveel mogelijk voorkomen moet worden. Voor de postoperatieve zorg op zaal zijn basaalbolusregimes met subcutane insuline bewezen effectiever dan de sliding-scale-algoritmes met intraveneuze insuline.