A&I
Een onafhankelijke, geaccrediteerde nascholing over perioperatieve geneeskunde
Een combinatie van vaktijdschrift, e-learning en congressen, geaccrediteerd door de ABIC. Aanvragen die door ABIC worden geaccrediteerd krijgen de categorie ‘Nascholing Intensive Care’. De nascholingen met deze categorie tellen mee voor zowel het basisspecialisme (NVA, NIV, NVVC, NVvH, NVN en NVALT) als het aandachtsgebied Intensive Care.
Alle collecties van A&I
Gesorteerd op nieuw - oud
De IC is een gespecialiseerde afdeling waar de allerziekste patiënten worden behandeld. Dit gaat gepaard met veel licht- en geluidsoverlast waarvan de laatste jaren de impact op de patiënt steeds meer duidelijk wordt. Het natuurlijke dag-nachtritme is bij IC-patiënten ernstig verstoord, mede als gevolg van te weinig lichtblootstelling overdag en te veel ’s nachts. Dit kan onder meer bijdragen aan verstoring van de slaap en delirium. Het lijkt zinvol om excessieve nachtelijke lichtblootstelling te voorkomen, maar voor het gebruik van lichttherapie om het dagnachtritme te beïnvloeden bestaat weinig bewijs. Naast lichtoverlast is er tevens veel geluidsoverlast op de IC; ook dit kan bijdragen aan de slaapstoornissen. Geluidsoverlast wordt voor een belangrijk deel ook door spraak en personeel zelf veroorzaakt. Aanpassing van gedrag, het gebruik van oordopjes, implementeren van stille perioden en alarmmodificatie zijn mogelijkheden om het geluid te beïnvloeden.
De opmars van echografie binnen de anesthesiologie heeft veel procedures zoals locoregionale anesthesie en vaattoegang effectiever en veiliger gemaakt. Ondanks het gebruik van echo treden er echter nog steeds complicaties op. Door echografie te combineren met andere beeldvormingstechnieken wordt getracht de visualisatie van de naald(punt) te verbeteren. Daarnaast zijn nieuwe imagingtechnieken beschikbaar om meer informatie over het weefsel in de omgeving van de naaldpunt te verkrijgen in de hoop de veiligheid van procedures nog verder te verhogen. Bovendien nemen de omvang en de kosten van echoapparatuur door de voortschrijdende technologie verder af, waardoor de toepassing van echo mogelijk een nog hogere vlucht zal nemen.
Point-of-care echografie (point-of-care ultrasound, POCUS) is een beeldvormende modaliteit die voor meerdere indicaties conventioneel röntgenonderzoek kan vervangen op de IC. Mogelijke toepassingsgebieden van POCUS zijn diagnostiek met betrekking tot longen, hart, grote vaten en diafragma alsmede monitoring van hemodynamiek en mogelijk intracraniële druk. Daarnaast kan echografie gebruikt worden bij interventies, zoals het plaatsen van centrale lijnen, thoraxdrains en percutane tracheotomieën. Adequate scholing is een vereiste en er moeten concrete afspraken worden gemaakt met aanpalende specialismen over de grenzen van POCUS en samenwerking.
Pijnbestrijding bij laparoscopische darmchirurgie kan op verschillende manieren worden bereikt. Er zijn enkele doelen die men in het oog moet houden. Een passende methode van pijnbestrijding is het intrathecaal toedienen van morfine. Doordat dit hydrofiel is en selectieve spinale analgesie geeft, leidt dit tot een 24 uur durende pijnstilling zonder dat motorische, sensibele of sympathische zenuwvezels worden geblokkeerd. Omdat er bijwerkingen zijn zoals jeuk, misselijkheid, urineretentie en late respiratoire depressie, dienen voorzorgsmaatregelen te worden getroffen. Daarmee blijkt intrathecale morfine beter pijnstillend te werken dan PCA-opiaten. Ook is de ‘kwaliteit van herstel’ hoger voor patiënten. Deze methode van pijnbestrijding zou toepasbaar kunnen zijn voor laparoscopische chirurgie in de Nederlandse praktijk.
In de intraoperatieve beeldvorming valt het begrip hybride operatiekamer tegenwoordig niet meer weg te denken. Innovatieve ontwikkelingen in de beeldvormingstechnieken hebben gezorgd voor een grote verandering in en uitbreiding van de mogelijkheden voor beeldvorming, en tot de acceptatie van de hybride OK als een specifieke omgeving voor peroperatieve beeldvorming. Keuzes voor de bouw en inrichting van deze OK’s vragen om een kritische beschouwing van de gewenste mogelijkheden, de potentiële toekomstige gebruikers en beschikbare middelen. In dit artikel wordt op al deze aspecten ingegaan. Daarnaast worden per specialisme voorbeelden gegeven van specifiek gebruik van een hybride OK-omgeving.
Sinds de publicatie van Forero et al. in 2016 is het erector spinae plane-blok (ESPB) een steeds populairder wordende techniek in de locoregionale anesthesie. Het ESPB is een ‘plane-blok’; dat wil zeggen dat een lokaal anestheticum wordt toegediend tussen twee fasciebladen. Dit blok kan op cervicaal, op thoracaal en op lumbaal niveau geprikt worden, afhankelijk van de indicatie. De eerste succesvolle toepassing is beschreven bij neuropathische thoracale pijnklachten. Inmiddels wordt het ESPB ook met goed resultaat toegepast bij onder andere borstchirurgie, ribfracturen, thoraxchirurgie en abdominale chirurgie. Door het plaatsen van een perifere zenuwkatheter kan langdurige pijnstilling bereikt worden. Het is een laagcomplexe echogeleide techniek, die minder risicovol is ten opzichte van de veelgebruikte epidurale en paravertebrale anesthesie. Omdat de injectieplaats verder van het neuraxium en de centraal gelegen vaatstructuren gelegen is, is er minder kans op intravasculaire injectie of bloedingscomplicaties.