Quintesse
Praktische nascholing voor bedrijfsartsen en verzekeringsartsen
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Quintesse?
Abonneer nu! Meer informatie
Alle collecties van Quintesse
Gesorteerd op nieuw - oud
Een van de moeilijkste beoordelingen in de keuringssituatie is de vervoersgeneeskundige keuring. Het gaat hierbij altijd om de inschatting van het ongevalsrisico op basis van het individuele risico in relatie tot de functie-eisen. De keurend bedrijfsarts moet naast inzicht in de risico’s ook over kennis beschikken van de wet- en regelgeving. Naast de bescherming van de gezondheid en de rechtspositie van de werknemer dient ook het algemeen maatschappelijk belang van veilig vervoer in acht te worden genomen. Het is binnen de bedrijfsgeneeskunde een ‘vak apart’ geworden en vereist specifieke kennis en expertise. Wij bevelen de ontwikkeling van een centrale landelijk toegankelijke database aan met, per functie, alle
ter zake doende gegevens voor de betreffende vervoersgeneeskundige keuring. Ten slotte zijn wij van mening dat de mogelijkheid van of verplichting tot het raadplegen van een gespecialiseerde klinisch arbeidsgeneeskundige in bepaalde keuringssituaties de vervoersveiligheid dient.

De bedrijfsarts kan bijdragen aan de preventie van angstklachten en wellicht angststoornissen door advisering aan directie en/of de humanresourcesmanagement. Onzekerheidsreductie door een goede informatievoorziening, ingebed in een goed personeelsbeleid, is de beste preventie voor angst(klachten). In de individuele begeleiding kan de bedrijfsarts bij angstklachten proberen de onderliggende cognities ter discussie te stellen. Als er sprake is van een angststoornis die het functioneren beïnvloedt, zal de bedrijfsarts verwijzen naar de GGZ of, als er een duidelijke werkgerelateerde component is, naar een arbeids- en gezondheidspsycholoog. Deze zal zich, in samenspraak met de bedrijfsarts, richten op klachten en functioneren binnen de context van de persoon en zijn (werk)omgeving.

De prevalentie van hoofdpijn is hoog, er zijn veel soorten hoofdpijn en de ernst varieert van, zoals dat in de volksmond heet, ‘gewone hoofdpijn’, tot hoofdpijn die volgens de WHO gerekend kan worden tot de ‘7th disabler’ (migraine) om nog maar niet te spreken van ‘suicidal headache’ (clusterhoofdpijn).
De International Classification of Headache Disorders (ICHD-3 beta) is bedoeld om iedereen die zich met de zorg van de hoofdpijnpatiënt bezighoudt dezelfde taal te laten spreken. De hoofdpijndiagnostiek heeft zijn eigen systematiek. Het belangrijkste instrument daarbij is de anamnese waarbij de ICDH als handleiding dient te worden gebruikt. Aan de orde komen de drie meest voorkomende primaire hoofdpijnen: spanningshoofdpijn, migraine en clusterhoofdpijn, en de bijhorende therapeutische mogelijkheden. De bedrijfs- en verzekeringsgeneeskundige ontmoeten veel mensen met hoofdpijn. De inhoud van dit artikel kan hen helpen de zorg voor deze grote en vaak ook moeilijke categorie patiënten te optimaliseren.

De verzekeringsgeneeskundige beoordeling van patiënten met migraine kan lastig zijn. Vooral de onduidelijkheid over de frequentie en de duur van de aanvallen en een realistische inschatting van het verzuim door migraine maken de beoordeling van de belastbaarheid moeilijk. Het vaststellen van beperkingen ten aanzien van arbeid en het eventueel aanpassen van in arbeid gelegen factoren vereist inzicht in oorzaken, verloop van de migraine in het algemeen en bij de individuele patiënt in het bijzonder. Maar hoe stelt u dat zo objectief mogelijk vast? Hoe legt u die beperkingen vast in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) en hoe vertaalt u de beperkingen naar eventuele aanpassingen van de arbeidsomstandigheden? Hoe moet de verzekeringsarts omgaan met frequent kortdurend verzuim door migraine? In dit artikel worden aan de hand van een casus – die is ontleend aan de mediprudentie* – enkele thema’s besproken die relevant zijn bij de verzekeringsgeneeskundige beoordeling bij migraine.

Bij onbegrepen chronische hoofdpijnklachten is een goede analyse nodig van de mogelijke oorzaken en de werk- en leefomstandigheden. In deze casus wordt een 30-jarige man gepresenteerd met chronische hoofdpijnklachten. Hij onttrekt zich aan de voorgestelde interventies en er dreigt een vicieuze cirkel te ontstaan met langdurig verzuim. De bedrijfsarts houdt de man een spiegel voor en stelt met behulp van motiverende gespreksvoering samen met hem een plan op om zijn situatie te verbeteren. Dit leidt uiteindelijk tot reductie van klachten en hervatting van werk. De NHG-Standaard Hoofdpijn van het Nederlands Huisartsen Genootschap biedt een goed houvast voor de bedrijfsarts voor de anamnese en het onderzoek bij hoofdpijnklachten.

De juiste inschatting van het moment dat aanvalcouperende medicatie moet worden genomen – en het opvolgen van alle medicamenteuze voorschriften – is een vorm van zelfmanagement die essentieel is bij migraine. Daarnaast zijn er meer maatregelen die de migrainepatiënt kan nemen om een aanval te verzachten of deze te voorkomen. Hiervoor werden gedragstrainingen ontwikkeld die door de Amerikaanse beroepsvereniging van neurologen worden aanbevolen als aanvullende preventieve behandeling en die ook worden erkend door de Nederlandse Vereniging voor Neurologie.