Praktische Pediatrie
Praktijkgerichte nascholing voor kinderartsen
Een hoogwaardig Nederlandstalig nascholingstijdschrift in combinatie met een toegankelijk digitaal kennisplatform geaccrediteerd door de NVK. VSR is in aanvraag.
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Praktische Pediatrie?
Abonneer nu! Meer informatie
Alle collecties van Praktische Pediatrie
Gesorteerd op nieuw - oud
Metabole ziekten zijn niet het type aandoeningen dat de wachtkamer van de gemiddelde kinderarts vult. Toch behoort een belangrijk deel ervan tot de aandoeningen waarvan wij althans de principes horen te begrijpen, al is het maar om tijdig een niet-pluisgevoel te krijgen. We spraken over de snelle ontwikkelingen binnen dit subspecialisme met Peter Smit en Frits Wijburg.

Hypercholesterolemie is een belangrijke risicofactor voor het ontstaan van atherosclerose, een progressief proces dat

Cortisol wordt ook wel stresshormoon genoemd omdat het extra aangemaakt wordt bij stress. Bij een onvoldoende stressrespons vanwege een bijnierinsufficiëntie bestaat het risico op het ontstaan van een Addisonse crise, een acuut levensbedreigende situatie. Er zijn verschillende schema’s van glucocorticoïd-stressdoseringen, elk met hun voor- en nadelen. Het doel van een stressschema is om de fysiologische stijging in cortisol ten tijde van stress na te bootsen. In de praktijk wordt er meestal gekozen voor hydrocortison. De basis voor doseringen en timing van stressschema’s wordt gevormd door het natuurlijke beloop van de cortisolconcentraties ten tijde van ziekte. Ouders moet worden uitgelegd dat stress op ieder moment kan optreden en dat zij de schriftelijke informatie en de benodigde medicatie voor het stressschema altijd paraat moeten hebben.

Het allereerste nummer van Praktische Pediatrie was gewijd aan de allergologie. Bij die gelegenheid werden twee pioniers geïnterviewd: Johanna Rijntjes en Maarten Hoekstra. Het huidige nummer heeft weer allergologie als thema. Wat is er veranderd in het vakgebied? We vroegen het aan twee ‘nieuwe rotten’, Tom Hendriks en Hans de Groot, die inmiddels ook al hun sporen in de kinderallergologie hebben verdiend.

Kinderen met vermeende voedselallergie krijgen vaak dure dieetpreparaten of ingewikkelde diëten die achteraf onnodig blijken te zijn. Dit illustreert het belang van een richtlijn voor de diagnostiek van koemelkallergie. De NVK bracht deze uit in 2012. De richtlijn onderscheidt vier belangrijke diagnostische fasen (symptoomherkenning, eliminatie, provocatie en follow-up) en geeft aanbevelingen voor de communicatie hierover tussen eerste-, tweede- en derdelijns zorgverleners.
Voedselprovocaties, die deels in de eerste lijn kunnen plaatsvinden, spelen in de richtlijn een centrale rol. Tegen de achtergrond van de ruime praktijkervaring met voedselprovocaties in ons allergiecentrum voor kinderen bespreken wij kernonderdelen van de richtlijn en benoemen wij potentiële knelpunten bij de implementatie ervan.

Anafylaxie is een acute, ernstige systemische allergische reactie die levensbedreigend kan zijn. Anafylaxie kan worden onderscheiden van andere allergische reacties door het optreden van respiratoire (stridor, piepen, dyspneu) of circulatoire verschijnselen (tachycardie, shock of hypotensie). Anafylaxie kan zich ook kenmerken door ernstige persisterende gastro-intestinale klachten, vaak in combinatie met huid- en slijmvliesverschijnselen zoals urticaria of angio-oedeem. De eerste symptomen treden snel op, meestal binnen twee uur na blootstelling aan een allergeen. Onmiddellijke toediening van epinefrine intramusculair is bij anafylaxie de behandeling van eerste keus en is levensreddend. Snelle herkenning en behandeling van anafylaxie zijn essentieel.
Patiënten met een verhoogd risico op anafylaxie moeten een epinefrineauto-injector (AAI) bij zich dragen. Het kind zelf, de ouders en andere mensen in hun omgeving moeten precies weten hoe deze auto-injector te gebruiken. Artsen en verpleegkundigen moeten de werking van de verschillende soorten epinefrineauto-injectoren kennen en met behulp van oefenpennen goede en herhaalde instructie geven.