Nurse Academy GGZ

Praktijkgerichte nascholing voor verpleegkundigen in de GGZ

Nurse Academy GGZ biedt bijscholing via een vaktijdschrift met online toetsen, gecombineerd met een kennisarchief, speciaal voor verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten (VS) in de geestelijke gezondheidszorg. Je kunt er 36 accreditatiepunten per jaar mee halen, geaccrediteerd door de V&VN VS, waar en wanneer jij dat wilt.

Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Nurse Academy GGZ?

Abonneer nu! Meer informatie

Alle collecties van Nurse Academy GGZ

Gesorteerd op nieuw - oud
EMDR Lees meer over EMDR EMDR
Eye movement desensitisation and reprocessing (EMDR) is een protocollaire behandeling die werkzaam is bij patiënten die leiden aan angsten, negatieve gedachten en/of herinneringen na traumatische gebeurtenissen. Bij deze behandelvorm worden de herinneringen van de patiënt aan de traumatische gebeurtenis ge(re)activeerd. Gelijktijdig wordt daarbij een afleidende stimulus aangeboden. De afleidende stimulus voor de patiënt kan visueel, het volgen van de vingers van de therapeut, of auditief, het volgen van klikjes op een koptelefoon, worden aangeboden. Door patiënten traumatische gebeurtenissen gecontroleerd te laten herbeleven en gelijktijdig een afleidende stimulus aan te bieden worden de beperkende irreële angsten en cognities van patiënten weggenomen of verminderd.
Verslavingskunde tweeluik; deel 1 Lees meer over Verslavingskunde tweeluik; deel 1 Verslavingskunde tweeluik; deel 1
Wat is verslaving precies? Is het een ziekte? Of een keuze? De verslaafde doet het immers zelf: hij spuit heroïne, gokt dwangmatig of maakt de dagelijkse gang naar de kroeg. Wat zijn kenmerken van verslaving? en Hoe kan verslaving fysiologisch en psychisch verklaard worden? In deze eerste bijdrage van dit tweeluik wordt een algemeen beeld geschetst van verslavingskunde: wat is er specifiek aan verslaving en verslavingsgedrag en hoe gaat een verpleegkundige hiermee om. In het tweede deel wordt meer specifiek ingegaan op behandelmethoden en de rol van de verpleegkundige en ook op de ontwikkeling van het verpleegkundig vak in de verslavingszorg.
Lezen van een wetenschappelijk artikel Lees meer over Lezen van een wetenschappelijk artikel Lezen van een wetenschappelijk artikel
Werken volgens het principe van evidence-based practice (EBP) houdt in dat er bij keuzes in de zorg rekening wordt gehouden met de expertise van de behandelaar, de voorkeur van de patiënt en het best beschikbare bewijs uit de wetenschap. Om te achterhalen wat het best beschikbare bewijs is, worden de vijf stappen van EBP gevolgd: ask, access, appraise, apply en audit. Het lezen van een wetenschappelijk artikel (bij de stappen access en appraise) vergt echter oefening en vaardigheid. Een handvat hierbij is de vaste opzet van een artikel. Tevens kunnen checklists van de Dutch Cochrane Centre de verpleegkundige ondersteunen bij het methodisch lezen en beoordelen van onderzoek alvorens de resultaten in de eigen praktijk tot te passen.
Interculturele consultaties Lees meer over Interculturele consultaties Interculturele consultaties
Mede door de immigratie in de afgelopen decennia kent de Nederlandse bevolking een grote diversiteit aan sociaaleconomische, culturele en religieuze achtergronden. De veranderde samenleving leidt ertoe dat verpleegkundigen en andere zorgprofessionals in toenemende mate te maken krijgen met cliënten en hun naasten, die een andere culturele achtergrond hebben dan zijzelf. Dat betekent dat zij kennismaken met voor hen onbekende opvattingen over ziekten en beperkingen, manieren om hulp te zoeken en visies op leven en dood. Ook opvoedings- en levensstijlen en daarbij passende opvattingen over het dagelijks functioneren van cliënten kunnen verschillen van wat zorgverleners gewend zijn. De vraag rijst hoe verpleegkundigen hierop passend kunnen reageren en op welke wijze zij hierover met cliënten en hun familie kunnen communiceren. Eerder hebben Martine Lammertink et al. in Nurse Academy GGZ (2014;3) beschreven hoe het cultureel interview hierbij een hulpmiddel kan zijn. Door dit in te zetten leren verpleegkundigen cultuursensitief te werken. Dat wil zeggen, dat zij met een open houding ingaan op de manier waarop een cliënt medische klachten beleeft vanuit zijn of haar culturele achtergrond. Dit komt de werkrelatie ten goede en vergroot de tevredenheid van cliënten en verpleegkundigen. Een andere manier om cultuursensitief te leren denken en handelen is via interculturele consultaties. Aan de hand van een casus wordt deze methode hier beschreven.
Gedwongen douchebeurt? Lees meer over Gedwongen douchebeurt? Gedwongen douchebeurt?
Een moreel beraad is een gestructureerde, stapsgewijze groepsreflectie, meestal van zorgprofessionals. Een getrainde gespreksleider bevordert de dialoog, maar houdt zich afzijdig van de inhoud. Eén casus en één morele vraag staan centraal. Een moreel beraad is niet vrijblijvend: je wordt uitgedaagd om elkaar diepgaand te bevragen en (daardoor) te begrijpen. Dat betekent niet: het met elkaar eens zijn! In moreel beraad leren we van verschillen op basis van feiten uit de casus, gestuurd door doorslaggevende waarden en normen. De gespreksdiscipline vertraagt het gesprek: moreel beraad wordt ook wel ‘samen langzaam denken als één hoofd’ genoemd. Klinkt saai? Dat is het niet! Omdat het gaat over waarden, dat wat jij als écht belangrijk ziet, zit je al snel op het puntje van je stoel!
Inschatting van (para)suïcidaal gedrag: gestructureerde versus klinische risicotaxatie Lees meer over Inschatting van (para)suïcidaal gedrag: gestructureerde versus klinische risicotaxatie Inschatting van (para)suïcidaal gedrag: gestructureerde versus klinische risicotaxatie
Tijdens een residentiële psychiatrische opname is het van belang suïcidaal gedrag in kaart te brengen. Het is belangrijk dat de verpleegkundigen een inschatting maken van het suïcidaal gedrag. Dit onderzoek vergelijkt een gestructureerde inschatting van (para)suïcidaal gedrag met de klinische inschatting van dit risico door psychiatrisch verpleegkundigen. De schatting van het risico op suïcidaal gedrag binnen de residentiële psychiatrische zorg is afhankelijk van de gebruikte methode, waarbij verpleegkundigen dit risico lager inschatten vergeleken met de inschatting met NGASR. De klinische inschatting was vergelijkbaar met de BDI-II en de HDRS.