Nurse Academy GGZ
Praktijkgerichte nascholing voor verpleegkundigen in de GGZ
Nurse Academy GGZ biedt bijscholing via een vaktijdschrift met online toetsen, gecombineerd met een kennisarchief, speciaal voor verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten (VS) in de geestelijke gezondheidszorg. Je kunt er 36 accreditatiepunten per jaar mee halen, geaccrediteerd door de V&VN VS, waar en wanneer jij dat wilt.
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Nurse Academy GGZ?
Abonneer nu! Meer informatie
Alle collecties van Nurse Academy GGZ
Gesorteerd op nieuw - oud
Dit artikel richt zich op Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK). Er wordt ingegaan op de definitie van SOLK en de aard van de klachten. Ook worden epidemiologie, comorbiditeit en behandeling beschreven. De verpleegkundige/verpleegkundig specialist krijgt handvatten aangereikt voor bejegening en het motiveren voor behandeling van deze patiëntengroep.
In dit artikel wordt beschreven hoe verpleegkundigen het zelfmanagement van patiënten kunnen bevorderen door het toepassen van de International Classification of Functioning (ICF) binnen het klinisch redeneerproces. Door met behulp van de ICF het functioneren in kaart te brengen en de krachten en klachten inzichtelijk te maken, worden gegevensverzameld om tot een verpleegkundige diagnose te komen. Daarnaast wordt in dit artikel stilgestaan bij het belang van classificeren door verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten in de GGZ. Door dezelfde concepten en termen te gebruiken ontstaat een eenheid van taal en meer onderbouwing voor de zorg. De ICF is een classificatiesysteem waarmee het menselijk functioneren beschreven kan worden. Hierbij wordt uitgegaan van het gegeven dat omgevingsfactoren en persoonlijke factoren de gezondheid beïnvloeden. Dit sluit aan bij ontwikkelingen in de zorg, namelijk de veranderde kijk op gezondheid en de dimensies van herstel. De beschreven casuïstiek dient ter verduidelijking.
Mentalisatiebevorderende therapie of Mentalization-Based Treatment (MBT), is een evidencebased behandelmethode ontwikkeld door Bateman en Fonagy voor patiënten met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis (BPS). Onderzoek toont aan dat een verbetering van het mentaliserend vermogen leidt tot een reductie van zelfdestructief gedrag en een verbetering van interpersoonlijke problematiek. MBT wordt gegeven door verschillende disciplines binnen de GGZ, onder wie verpleegkundigen.
Het beroepsgeheim verplicht de hulpverlener te zwijgen over alles wat hij te weten komt in zijn hoedanigheid als hulpverlener. Er zijn vier situaties op grond waarvan een hulpverlener het beroepsgeheim mag en in sommige gevallen zelfs moet doorbreken: er is toestemming van de patiënt, er is sprake van een wettelijk voorschrift, bij een conflict van plichten of in geval van zwaarwegende belangen. Wil een zorgverlener zich beroepen op een conflict van plichten dan dient hij een zorgvuldige afweging te maken tussen enerzijds het belang van het niet-doorbreken van het beroepsgeheim en anderzijds het afwenden van (potentieel) gevaar. Doorbreking is gerechtvaardigd wanneer sprake is van een reële kans op ernstig gevaar. Daarnaast moet het aannemelijk zijn dat doorbreking de schade voorkomt of beperkt.
Bipolaire stoornissen vormen een groep stemmingsstoornissen die zich kenmerken door het afwisselend optreden van manische, hypomanische en depressieve episodes. Het klinisch beeld kan variëren van het hebben van weinig symptomen en goed psychosociaal functioneren, tot continue stemmingswisselingen, restsymptomen en functionele beperkingen. Dit maakt de diagnostiek uitdagend, en vergt van de begeleiding veel creativiteit en flexibiliteit. De belangrijkste twee pijlers van de behandeling zijn medicatie en psychosociale interventies. De behandelsetting is veelal ambulant, maar soms ook (tijdelijk) klinisch. In een multidisciplinair team met psychiaters en psychologen vervullen verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten (VS) een essentiële rol in de begeleiding en behandeling van patiënten met een bipolaire stoornis. Dit artikel beoogt een actueel overzicht te geven van het klinisch beeld, de behandeling, somatische aspecten en relevante aandachtspunten voor de verpleegkundigen en VS. Referentie 2 en 3 zijn de voornaamste referenties die zijn geraadpleegd.
Kanker en het krijgen van sombere en angstige gevoelens lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden. Patiënten worden geconfronteerd met zware behandelingen, fysieke beperkingen en existentiële vragen. Ook voor familieleden vormt dit vaak een grote belasting. Deze situatie vergt aanpassingen van patiënten en hun omgeving, maar niet iedereen slaagt daar even goed in. In dat geval kan er een aanpassingsstoornis ontstaan, die gepaard kan gaan met (soms ernstige) somberheid, angst en gedragsproblemen. Het is van belang dat aanpassingsstoornissen op tijd onderkend worden, omdat ze grote lijdensdruk veroorzaken en kunnen interfereren met de oncologische behandeling. De nieuwe richtlijn geeft zorgverleners hiervoor handvatten. Interventies bestaan onder meer uit psycho-educatie, het vergroten van autonomie en controle, het versterken van sociale steun en het beïnvloeden van somatische aspecten. Een interdisciplinaire aanpak is essentieel, waarbij de oncoloog, huisarts, de POH-GGZ, verpleegkundigen en familie betrokken worden, zodat ook somatische en sociale factoren meegenomen worden in diagnostiek en behandeling.