Nurse Academy GGZ
Praktijkgerichte nascholing voor verpleegkundigen in de GGZ
Nurse Academy GGZ biedt bijscholing via een vaktijdschrift met online toetsen, gecombineerd met een kennisarchief, speciaal voor verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten (VS) in de geestelijke gezondheidszorg. Je kunt er 36 accreditatiepunten per jaar mee halen, geaccrediteerd door de V&VN VS, waar en wanneer jij dat wilt.
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van Nurse Academy GGZ?
Abonneer nu! Meer informatie
Alle collecties van Nurse Academy GGZ
Gesorteerd op nieuw - oud
Swingers die de soa-poli van GGD Twente bezoeken geven steeds vaker aan dat zij alcohol en/of drugs gebruiken tijdens het swingen. Omdat concrete informatie over gebruik door swingers ontbrak, besloot GGD Twente onderzoek te verrichten naar frequentie en mate van gebruik, evenals ervaren positieve en negatieve effecten. Resultaten tonen aan dat het gebruik van drugs door swingers, oftewel wappen, wint aan populariteit. Tevens worden verschillende typen drugs gecombineerd om bepaalde effecten te verkrijgen. Motieven voor gebruik en de ervaren negatieve effecten van drugs geven reden tot zorg. Deze resultaten benadrukken het belang van goede signalering en doelgerichte interventies.

Psychiatrische stoornissen komen twee keer vaker voor bij thuisloze jongeren dan bij niet-thuisloze jongeren. In 2007 is het UMC Utrecht daarom een team gestart dat gericht is op psychiatrische diagnostiek bij thuisloze jongeren in de stad Utrecht, het Cabrioteam.
Bij thuisloosheid is er sprake van een ernstige vorm van sociale uitsluiting. Sociale uitsluiting is een bekende determinant voor het ontstaan van psychiatrische problemen.
Er zijn diverse factoren aan te wijzen die het risico van sociale uitsluiting onder jongeren vergroten. De belangrijkste risicofactor is het opgroeien in een problematische gezinssituatie.
Uit dossieronderzoek (n = 161) is gebleken dat een groot deel van de thuisloze jongeren bekend was bij Bureau Jeugdzorg, voordat zij door het Cabrioteam van het UMC Utrecht gezien werden. De zorg aan deze doelgroep kan verbeterd worden wanneer het mogelijk is (beginnende) psychiatrische problematiek te detecteren bij jongeren die bekend zijn bij Bureau Jeugdzorg.

Diagnostiek | Beloop | Behandeling | Multidisciplinaire behandeling | Referenties

In Nederland zijn verschillende soorten antidepressiva op de markt. Ze hebben met elkaar gemeen dat de antidepressieve werking pas na één tot twee weken begint, en dat ze direct of indirect zorgen voor een toename van neurotransmitters in de synapsspleet, met name serotonine en norepinefrine. Antidepressiva worden behalve bij depressies ingezet bij andere aandoeningen, bijvoorbeeld neuropathische pijnen en angststoornissen. De belangrijkste bijwerkingen zijn maag-darmstoornissen en seksuele stoornissen. De belangrijkste interacties kunnen leiden tot bloedingen, het serotoninesyndroom en het kaassyndroom. Daarnaast worden sommige enzymen in de lever geremd door fluoxetine, paroxetine en fluvoxamine, en worden de enzymen in de lever gestimuleerd door sint-janskruid. Antidepressiva zijn alleen verkrijgbaar in toedieningsvormen voor oraal gebruik.

Psychotische stoornissen zijn vaak invaliderende ziekten met een chronisch verloop. Bij psychose is de patiënt het normale contact met de werkelijkheid geheel of gedeeltelijk kwijt. Er is veelal sprake van waanvorming, waarnemingsstoornissen, desorganisatie (positieve symptomen) en/of spraakarmoede, katatonie en affect vervlakking (negatieve symptomen). In dit artikel wordt ingegaan op de diagnostiek van psychosen, de epidemiologie, het ontstaan en de behandeling ervan.

Stress heeft een negatieve klank: ‘we lijden aan stress’. Maar is dat negatieve imago wel terecht? De activering van biologische systemen en de afgifte van stresshormonen na een stressvolle gebeurtenis is namelijk erg nuttig. Deze reactie zorgt ervoor dat we ons kunnen aanpassen aan stressvolle gebeurtenissen. Toch heeft stress ook negatieve kanten. Mensen kunnen inderdaad ‘lijden aan stress’ wanneer ze regelmatig blootstaan aan stressvolle gebeurtenissen die bovendien oncontroleerbaar en onvoorspelbaar zijn en wanneer stresshormonen langdurig worden afgegeven. Voorbeelden hiervan zijn werksituaties waarin te hoge eisen worden gesteld aan een werknemer, ziekten met onzekere afloop, slepende conflicten die moeilijk zijn op te lossen. De aard van de stressvolle gebeurtenis (kort of langdurig), genetische factoren, eerdere ervaringen en de interactie tussen deze elementen bepalen samen hoe een persoon omgaat met stressvolle situaties. Dit bepaalt uiteindelijk ook of stress kan leiden tot een verhoogd risico om stressgerelateerde aandoeningen zoals angststoornissen en depressie te ontwikkelen.