Effectiviteit van oxybutinine bij kinderen met urine-incontinentie bij een overactieve blaas

Urine-incontinentie kan onder andere worden veroorzaakt door een overactieve blaas (OAB). In de NVK/NVU-richtlijn wordt oxybutinine aanbevolen om overactiviteit van de blaasspier te verminderen. Het wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit en veiligheid van deze behandeling bleek gering. Er werd één valide gerandomiseerde studie gevonden waarin 97 kinderen met OAB naast cognitieve training werden gerandomiseerd voor behandeling met oxybutinine, placebo of blaastraining. De belangrijkste uitkomstmaat, volledig droog worden, werd bij ongeveer 40% van de deelnemende kinderen bereikt zonder significant verschil tussen de groepen. Daarmee ontbreekt bewijs voor de effectiviteit van oxybutinine bij kinderen. Omdat het middel bij volwassenen wel effectief bleek voor deze indicatie, wordt oxybutinine toch aanbevolen bij kinderen met OAB en urge-incontinentie waarbij uitleg en cognitieve training onvoldoende effect hebben. Goede uitleg over de (milde anticholinerge) bijwerkingen en een evaluatie van het effect zijn hierbij noodzakelijk.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kent u het wetenschappelijk bewijs voor het gebruik van oxy- butinine bij een overactieve blaas bij kinderen
- kent u de bijwerkingen van oxybu- tinine
- kunt u een afweging maken over de behandeling bij kinderen met een overactieve blaas