Gesprekken met Jolita Bekhof en Rob Scholten

Rob Scholten voltooide zijn studie geneeskunde ‘oude stijl’ aan de Vrije Universiteit in 1980. Hij kon niet kiezen tussen huisartsgeneeskunde en interne geneeskunde en koos, zoals dat gaat, uiteindelijk geen van beide. ‘Gelukkig kreeg ik 18 maanden bedenktijd,’ vertelt hij, ‘want ik moest eerst in militaire dienst. Daarna kon ik beginnen als AGNIO reumatologie in het Jan van Breemen Instituut in Amsterdam.’ Daar bleef hij tot 1986. Terwijl hij tevergeefs een opleidingsplaats voor interne geneeskunde probeerde te verwerven, verschoof geleidelijk zijn belangstelling. In 1985-1986 volgde hij de doctoraalstudie medische informatica (min of meer een opleiding tot epidemioloog avant la lettre), waarna hij bij het vers opgerichte EMGO terechtkwam, het instituut voor extramuraal geneeskundig onderzoek van VU en VU medisch centrum. Daar promoveerde hij op het proefschrift The increase of meningococcal disease in the Netherlands – we hebben het er niet over gehad, maar inmiddels kan iemand vermoedelijk promoveren op onderzoek naar The decline. ‘Maar de reumajaren hebben hun sporen nagelaten,’ zegt Scholten. ‘Uiteindelijk kwam ik met mijn onderzoek toch weer terecht bij het bewegingsapparaat.’ In die periode raakte hij ook betrokken bij de postdoctorale epidemiologieopleiding van het EMGO, waarin hij als docent een groot aandeel had.