De vermoeide puber

Moeheid is voor pubers ‘gewoon’ en meestal het gevolg van slaaptekort in combinatie met school en sociale eisen. Zij zoeken hiervoor zelden medische hulp. Kinderartsen zien de jongeren die hun moeheid als ‘ongewoon’ ervaren en waarvoor geen goede verklaring gevonden wordt. Van deze patiënten heeft 50% een jaar later nog dezelfde klachten en 25% is zelfs na drie jaar nog in hun mogelijkheden beperkt. Deze aanhoudende onverklaarde moeheid is de meest voorkomende reden voor langdurig geheel of gedeeltelijk schoolverzuim en vormt een ernstig risico voor de educatieve en sociale ontwikkeling van kinderen. Vanaf het eerste consult wordt een tweesporenbeleid gevoerd, waarbij de diagnostiek naar fysieke en psychische pathologie zo snel mogelijk wordt afgesloten en de terugkeer naar een normaler activiteitenpatroon gestimuleerd. De behandeling moet gericht zijn op de in stand houdende factoren, met als eerste stap het meegeven van strakke leefregels. Bij onvoldoende herstel is cognitieve gedragstherapie geïndiceerd.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- kent u de epidemiologie van en verschillen tussen ‘gewoon’ en ‘ongewoon’ moe in de puberteit
- kunt u mogelijke onderliggende pathologie uitsluite
- kent u de CDC-criteria van CVS
- bent u zich ervan bewust dat aanhoudende onverklaarde moeheid voor de puber een ernstige aandoening is vanwege de mogelijke gevolgen voor de educatieve en sociale ontwikkeling
- bent u zich bewust van de transitie van een kinderlijk naar een volwassen slaap-/ waakritme
- kent u de adviezen voor moeheid in het algemeen en de behandelopties voor CVS in het bijzonder