Fysiotherapie bij SAPS-patiënten met een calcificerende tendinopathie (VI)
Fysiotherapeuten in de eerste lijn worden vaak geconsulteerd door patiënten met schouderpijn. Bij twee van de drie schouderpijnpatiënten wordt de containerdiagnose ‘subacromiaal pijnsyndroom’ (SAPS) gesteld. Hierbij is een tendinopathie van de rotator cuff de bron van nocisensoriek en de oorzaak van verminderd functioneren. Vandaar dat ook wel gesproken wordt over een ‘rotator cuff related shoulder pain’ (RCRSP). Dit opiniërende overzichtsartikel gaat over het belang van een specifieke vorm van RCRSP: de calcificerende tendinopathie (CT). Hiervan worden de lokale pathofysiologische veranderingen, de prevalentie en typische kenmerken van beloop en diagnostiek beschreven. De eerstekeusbehandeling is een conservatief beleid. De laatste decennia zijn ook intensieve non-invasieve (shockwave) en intensieve minimaal-invasieve (‘barbotage’) behandelopties ontwikkeld. Gezamenlijk leiden deze therapeutische opties tot voldoende tevredenheid bij 95 procent van de CT-patiënten. In het artikel wordt een stroomschema gegeven dat de clinicus helpt bij het bepalen van een optimaal beleid.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- weet u dat een calcificerende tendinopathie (CT) een aparte aandoening is binnen het subacromiaal pijnsyndroom (SAPS)
- weet u dat CT te beschouwen is als een risicofactor op aanhoudende schouderpijn
- kunt u een aantal lokale pathologische veranderingen bij CT benoemen
- kunt u kenmerken benoemen van SAPS-patiënten met CT-klachten
- kent u de CT-klasseringen die in de beeldvormende technieken gebruikt worden
- kunt u verschillende best practices voor oefentherapie bij CT-patiënten benoemen