Elleboogklachten bij de bovenhandse sporter deel 1: pathologie en het fysiotherapeutisch onderzoek
Het toegenomen aantal deelnemers aan bovenhandse sporten heeft ertoe geleid dat er de laatste jaren een grote stijging van de incidentie van elleboogklachten is. Klachten die bij deze categorie sporters aan de elleboog kunnen voorkomen, zijn onder andere een ruptuur van het mediale collaterale ligament, neuritis van de n. ulnaris, ruptuur van spierstructuren en peesontstekingen. De anatomie en biomechanica spelen een belangrijke rol in de pathofysiologie van elleboogklachten bij de bovenhandse sporten en vormen daarmee een uitgangspositie voor de behandeling van de klachten. In dit artikel worden de anatomie en de biomechanica van de elleboog besproken en wordt beschreven hoe de elleboog vanuit dit pathofysiologische model door de fysiotherapeut onderzocht kan worden.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- begrijpt u het pathofysiologische model van elleboogklachten bij de bovenhandse sporter
- kunt u op basis van dit pathofysiologische model een hypothese vormen ten aanzien van de diagnose
- kunt u op basis van de diagnostische hypothese een fysiotherapeutische onderzoek van de elleboog bij de bovenhandse sporter uitvoeren