Coeliakie
Het kind met coeliakie heeft een levenslange overgevoeligheid voor gluten. Door de ingestie van gluten kunnen er bij personen met de genetische predispositie (haplotype DQ2 en DQ8) autoantistoffen worden gevormd met als gevolg destructie van de darmmucosa en extra-intestinale verschijnselen. De diagnose wordt bij kinderen gesteld door het bepalen van de autoantistoffen en alleen zo nodig wordt een darmbiopt afgenomen. De behandeling bestaat uit een levenslang glutenvrij dieet.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- dat alleen kinderen met het genetische haplotype DQ2 en DQ8 coeliakie kunnen krijgen
- dat coeliakie de meest voorkomende chronische maag-darmaandoening is op de kinderleeftijd
- dat bij bepaalde groepen personen de prevalentie wel één op de tien is
- dat de diagnose gesteld wordt bij kinderen aan de hand van de hoogte van de titers van de autoantistoffen en dat een dunnedarmbiopt zelden nodig is
- dat de autoantistoffen niet alleen maag-darmklachten veroorzaken maar vaak ook extra-intestinale verschijnselen
- dat coeliakie wordt behandeld met een levenslang glutenvrij dieet
In deze collectie
Artikel
Coeliakie
Je hebt geen abonnement op Nurse Academy.