Laboratoriumdiagnostiek

‘Meten is weten’ geldt zeker in de huisartsenpraktijk: laboratoriumdiagnostiek ondersteunt bij het stellen van een juiste diagnose. Denk bijvoorbeeld aan een CRP-meting bij een patiënte met verdenking op een pneumonie. De uitslag helpt te bepalen of er sprake is van een virale of bacteriële oorzaak en of antibiotica nodig zijn. Vroeger baseerde de arts zich enkel op anamnese en lichamelijk onderzoek, wat de kans op zowel overbehandeling als onderbehandeling vergrootte. Om laboratoriumdiagnostiek effectief en doelmatig in te zetten, is het essentieel om inzicht te hebben in de eigenschappen van een test. Deze nascholing behandelt daarom zowel besliskundige als praktische aspecten. In BLOK A leert u meer over normaalwaarden, sensitiviteit, specificiteit en de voorspellende waarde van tests. In BLOK B komen praktische toepassingen aan bod, zoals instructies voor bloedafname, uitvoering van de diagnostiek en factoren die testresultaten kunnen beïnvloeden. Deze e-learning helpt u laboratoriumonderzoek beter te begrijpen en toe te passen in uw dagelijkse praktijk.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- weet u waarop het normaalwaardengebied van een labwaarde is gebaseerd en wat de beperkingen hiervan zijn in de dagelijkse praktijk
- weet u wat de begrippen sensitiviteit, specificiteit en voorspellende waarde van een test inhouden en hoe ze doorwerken in de dagelijkse praktijk
- weet u wat de juistheid en precisie van een test zijn en hoe ze doorwerken in de dagelijkse praktijk
- weet u met welke praktische aspecten u rekening dient te houden bij het aanvragen en interpreteren van labdiagnostiek
- weet u voor welke bepalingen een patiënt nuchter dient te zijn
- weet u welke oorzaken aan een verhoogd kalium ten grondslag kunnen liggen
- hebt u handvatten om de uitvoering van labdiagnostiek in uw praktijk te optimaliseren