Angst om te vallen bij ouderen: het belang van ervaren controle (VI)
Veel ouderen ervaren angst om te vallen in het dagelijks leven. Zulke ‘valangst’ kan leiden tot negatieve veranderingen in het beweeggedrag (zoals het vermijden van activiteit) en daardoor bijdragen aan een grotere kans om te vallen. Soms kan valangst echter leiden tot adaptieve veranderingen in het bewegen en daardoor het valrisico juist verminderen. Dit artikel presenteert een overzicht van de huidige wetenschappelijke kennis over hoe valangst de perceptie, cognitie en bewegingsuitvoering beïnvloedt. Op basis hiervan is er een nieuw theoretisch model ontwikkeld dat beschrijft hoe valangst het valrisico kan verhogen of verlagen, afhankelijk van de mate van ervaren controle over vallen. Tot slot komt een onlangs gevalideerde screenende vragenlijst aan bod waarmee deze mate van ervaren controle te meten is, zodat therapeuten beter kunnen inschatten bij welke patiënten valangst waarschijnlijk zal leiden tot negatieve veranderingen in het gedrag en een verhoogd valrisico.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- begrijpt u het verschil tussen acute valangst en gegeneraliseerde zorgen over vallen
- kunt u beschrijven hoe valangst direct de bewegingscontrole kan veranderen
- weet u wat er wordt verstaan onder hoge of lage ‘ervaren controle over vallen'
- begrijpt u hoe lage ervaren controle over vallen kan leiden tot een verhoogd valrisico, zowel direct als op de langere termijn
- heeft u inzicht in hoe ervaren controle te meten is