Stoppen met antidepressiva

Het gebruik van antidepressiva is veelbesproken en roept vragen op over indicatiestelling, duur van gebruik en het proces van afbouwen. In deze nascholing staan klinisch relevante vragen centraal: bij wie is stoppen verantwoord, wie moet doorgaan en hoe begeleid je het afbouwen op verantwoorde wijze? Ook wordt ingegaan op onttrekkingsverschijnselen: wie krijgt hiermee te maken, wanneer treden ze op en hoe ga je hiermee om? Hoewel de wetenschappelijke onderbouwing nog beperkt is, biedt deze e-learning een actueel overzicht van de stand van zaken. De focus ligt op SSRI’s en SNRI’s, die het meest worden gebruikt in de huisartsenpraktijk. De e-learning bestaat uit twee blokken. In BLOK A worden de indicaties voor doorgaan of stoppen besproken, evenals de risico’s en overwegingen bij recidiefpreventie. In BLOK B leer je hoe je afbouw begeleidt, hoe je omgaat met onttrekkingsklachten en hoe je samen met de patiënt een terugvalpreventieplan opstelt. Na afronding ben je beter toegerust om in overleg met de huisarts antidepressiva-gebruik bespreekbaar te maken en professioneel te begeleiden.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- beschik je over kennis en praktische handvatten om patiënten goed te informeren en te begeleiden bij (vragen over) het afbouwen van antidepressiva
- kun je patiënten adviseren over of en wanneer afbouwen van antidepressiva aan de orde is; je handelt hierbij naar de huidige richtlijnen
- maak je gebruik van shared decision-making om samen met de patiënt een afgewogen keuze te maken tussen minderen/stoppen of doorgebruiken
- kun je de kans op een recidief van de aandoening bij het stoppen van antidepressiva inschatten
- kun je voorlichting geven over onttrekkingsverschijnselen die kunnen optreden bij het stoppen van SSRI’s en SNRI’s
- weet je hoe je onderscheid maakt tussen onttrekkingsverschijnselen en een terugval
- kun je risicofactoren voor onttrekkingsverschijnselen identificeren
- adviseer je gericht bij het stoppen van antidepressiva bij een standaard- en bij een verhoogde kans op onttrekkingsverschijnselen
- kun je samen met de patiënt een terugvalpreventieplan opstellen en hiermee een veilig vangnet scheppen
- kun je adviseren over niet-medicamenteuze behandeling om een terugval te voorkomen