AccreDidact Huisarts
Praktijkgerichte nascholing voor de huisarts
Wil je toegang tot alle artikelen, video's en nascholing van AccreDidact Huisarts?
Abonneer nu! Meer informatie
Alle collecties van AccreDidact Huisarts
Gesorteerd op nieuw - oud
Deze nascholing biedt een diepgaand overzicht van pijn als medisch en subjectief fenomeen. Pijn is een veelvoorkomende klacht bij uiteenlopende aandoeningen. De in 2020 herziene internationale definitie benadrukt dat pijn een persoonlijke ervaring is, die ook zonder aantoonbare weefselbeschadiging aanwezig kan zijn. Daarmee wordt het belang onderstreept van aandacht voor zowel de fysiologische als de emotionele dimensie van pijn.
In BLOK A gaat de nascholing in op de pathofysiologie en diagnostiek van verschillende soorten pijn. Daarbij is er aandacht voor specifieke oorzaken zoals gewrichtsklachten, fibromyalgie, lagerugpijn en neuropathische pijn. BLOK B richt zich op de behandeling van pijn, met nadruk op analgetica, hun werkingsmechanismen en het omgaan met bijwerkingen. Hierbij wordt de NHG-Richtlijn Pijn gevolgd, en bij pijn door kanker ook de richtlijn Pijn bij patiënten met kanker in de palliatieve fase van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie.
Speciale aandacht is er voor het gebruik van opioïden, zowel bij kankergerelateerde pijn als in relatie tot het risico op verslaving. Casuïstiek uit BLOK A wordt verder uitgewerkt in BLOK B, zodat u de opgedane kennis kunt toepassen in de praktijk.

Aanvallen bij kinderen roepen vaak de verdenking op van epilepsie, terwijl minder dan 10% daarvan daadwerkelijk epileptisch van aard is. Deze nascholing helpt u onderscheid te maken tussen epileptische en niet-epileptische aanvallen, toegespitst op verschillende leeftijdscategorieën. Ook wordt het verschil tussen geprovoceerde en niet-geprovoceerde aanvallen besproken, met extra aandacht voor koortsconvulsies.
In BLOK A komen de klinische kenmerken, verwijsindicaties en differentiële diagnose aan bod. U leert onder meer een epileptisch insult te onderscheiden van een vasovagale syncope, absence-epilepsie van dagdromen en tics van andere bewegingen.
BLOK B behandelt de behandelopties bij epilepsie bij kinderen, inclusief de afweging om (nog) geen medicatie te starten. Er wordt stilgestaan bij de psychosociale impact van de diagnose op het kind en het gezin, en bij het belang van begeleiding op maat.
Deze nascholing biedt u praktische handvatten voor signalering, diagnostiek, communicatie en begeleiding van kinderen met aanvallen en hun ouders. Hierdoor bent u beter toegerust om tijdig te handelen en passende zorg te bieden binnen de huisartsenpraktijk.

Posttraumatische stressstoornis (PTSS) komt in de huisartsenpraktijk vaker voor dan veel zorgverleners vermoeden. Het treft niet alleen veteranen of militairen, maar mensen van alle leeftijden en achtergronden. In deze nascholing leert u PTSS beter herkennen, ook wanneer klachten zich op minder voor de hand liggende manieren presenteren. Zo kunt u patiënten eerder en gerichter verwijzen naar passende zorg.
In BLOK A wordt aan de hand van praktijkvoorbeelden ingegaan op de diagnostiek van PTSS volgens de DSM-5. U leert onderscheid maken tussen PTSS en andere stoornissen, zoals de acute stressstoornis en de aanpassingsstoornis. Ook wordt ingegaan op de prevalentie van PTSS binnen de huisartsenpraktijk.
BLOK B bespreekt de beschikbare behandelmogelijkheden en verwijstrajecten. Daarnaast krijgt u praktische handvatten voor het omgaan met patiënten met PTSS. Dit helpt u en uw team om werkstress en mogelijke overlast te verminderen.
Deze nascholing stelt u in staat om patiënten met PTSS sneller en met meer vertrouwen te herkennen, te begeleiden en gericht te verwijzen.

In Nederland hebben bijna 600.000 mensen astma, van wie circa 80.000 kinderen. De verwachting is dat dit aantal verder stijgt. De inzichten over astma zijn de afgelopen jaren sterk veranderd. De NHG-Standaard Astma bij volwassenen uit 2015 is in 2020 volledig herzien en in 2022 licht aangepast. Deze nascholing richt zich op de diagnostiek en behandeling van astma bij volwassenen, volgens de meest actuele inzichten.
In BLOK A komt de achtergrond en diagnostiek van astma aan bod, met nadruk op het belang van spirometrie bij klachten en het belang van reversibiliteit of variabiliteit voor het stellen van de diagnose. In BLOK B wordt het beleid besproken, inclusief het nieuwe medicamenteuze stappenplan en de aangepaste richtlijnen rond SABA-gebruik. Ook de verschuiving van drie naar twee niveaus van astmacontrole wordt toegelicht.
Deze nascholing biedt praktische handvatten om onder- en overdiagnostiek te voorkomen, astmacontrole te verbeteren en de juiste behandeling in te zetten volgens de herziene NHG-Standaard Astma bij volwassenen (2020, aangepast in 2022). De behandeling van kinderen met astma valt buiten de scope van deze e-learning.

Knieklachten behoren tot de meest voorkomende redenen voor een huisartsenconsult. In 2022 bedroeg de incidentie ruim 40 per 1.000 inwoners, en verwees de huisarts het vaakst naar de orthopedie vanwege knieklachten. Door de bouw en functie van het kniegewricht – én onze actieve levensstijl – is de knie gevoelig voor zowel acuut traumatisch letsel als chronisch niet-traumatisch letsel, zoals artrose. Deze nascholing biedt een praktisch overzicht van de meest voorkomende orthopedische oorzaken van knieklachten.
In BLOK A bespreken we traumatische knieklachten, waaronder letsel aan ligamenten, menisci en kraakbeen. In BLOK B staan niet-traumatische klachten centraal, zoals artrose, tendinopathieën en bursitis. De indeling volgt de NHG-Standaarden Traumatische knieklachten (M66) en Niet-traumatische knieklachten (M107), herzien in 2020. Fracturen rond het kniegewricht vallen buiten het bestek van deze e-learning.
Met deze nascholing krijgt u meer inzicht in de anatomie, pathologie, diagnostiek en behandeling van knieklachten. Ook wordt aandacht besteed aan de impact van knieartrose, dat steeds vaker voorkomt en grote invloed heeft op functioneren, nachtrust en maatschappelijke participatie.

In de huisartsenpraktijk melden zich wekelijks twee tot drie patiënten met oogklachten. Deze klachten variëren van infecties en ontstekingen tot trauma’s of visusveranderingen. Pijn, visusverandering en fotofobie zijn alarmsymptomen die bij iedere oogklacht uitgevraagd moeten worden.
Deze nascholing behandelt de meest voorkomende oorzaken van een rood oog, zoals beschreven in de NHG-Standaard Rood oog en oogtrauma (2017). De diagnostiek en behandeling worden besproken aan de hand van 14 praktijkfoto’s. In BLOK A komen niet-traumatische oorzaken aan bod, waaronder conjunctivitis, subconjunctivale bloeding, episcleritis en keratitis. Scleritis, iridocyclitis en acuut glaucoom worden kort besproken.
BLOK B behandelt droge ogen, blefaritis, hordeola, entropion en ectropion. Ook actuele behandeladviezen komen aan bod, zoals het gebruik van chlooramfenicol bij kinderen < 2 jaar en de keuze tussen zalf, druppels of afplakken bij een cornea-erosie.
Tot slot volgt in BLOK C een overzicht van specifieke oogtraumata, waaronder etsing, cornea-erosie, corpus alienum en lasogen. Deze e-learning biedt praktische handvatten voor het herkennen en behandelen van oogproblemen in de huisartsenpraktijk.