Geneesmiddelenallergie

Adverse drug reactions worden onderverdeeld in voorspelbare (type A) en onvoorspelbare (type B) reacties. Geneesmiddelovergevoeligheidsreacties vallen onder type B-reacties en kunnen zowel allergisch als niet-allergisch van aard zijn. Deze reacties komen frequent voor: bij 20% van de ziekenhuispatiënten en bij circa 7% van de algemene bevolking. Ze zijn klinisch relevant, omdat ze kunnen leiden tot ziekenhuisopname, verlenging van opname en aanpassing van medicatie naar duurdere of minder geschikte alternatieven. In deze nascholing wordt ingegaan op de classificatie en herkenning van geneesmiddelovergevoeligheidsreacties, de pathofysiologie en de beperkingen in diagnostiek. U leert over de rol van genetische predispositie, de variabele ernst van symptomen en de uitdagingen bij onder- en overdiagnostiek. Specifieke aandacht gaat uit naar bètalactamantibiotica, quinolonen, NSAID’s en contrastmedia – middelen die veelvuldig worden geassocieerd met overgevoeligheidsreacties. Daarbij wordt stilgestaan bij de klinische gevolgen van onjuiste diagnostiek, zoals onnodig vermijden van eerste keus medicatie en toename van resistentie. Deze e-learning biedt u als apotheker praktische handvatten om geneesmiddelovergevoeligheid beter te herkennen, te beoordelen en te bespreken binnen de ketenzorg.
Leerdoelen
Na het bestuderen van deze collectie:
- hebt u inzicht in de verschillende pathomechanismen van allergische reacties op geneesmiddelen
- kunt u de classificatie weergeven die opgesteld is in de International Consensus on Drug Allergy
- bent u op de hoogte met welke symptomen allergische of intolerantiereacties zich kunnen manifesteren
- weet u welke diagnostische mogelijkheden er zijn om een allergische of intolerantiereactie aan te tonen
- weet u meer over een aantal specifieke geneesmiddelen die vaak de oorzaak zijn van een allergische of intolerantiereactie