Nascholing voor en door zorgprofessionals

Een wereld vol praktijkgerichte (geaccrediteerde) leeroplossingen en vakinformatie. Samen voor goede zorg!

Hoe werkt deze Academy?

Nascholing voor zorgprofessionals

Gesorteerd op nieuw - oud
Vitamine D, van belang van de wieg tot het graf Lees meer over Vitamine D, van belang van de wieg tot het graf Vitamine D, van belang van de wieg tot het graf
Vitamine D is van belang voor sterke botten en spieren. Botstructuren worden vanaf de jeugd tot en met ongeveer het 35e levensjaar gevormd. Na het 50e levensjaar verliezen vrouwen gemiddeld 50% van hun botmassa. Bij mannen is dit 20% tot 30%. Vitamine D is daarnaast van invloed op vele andere processen in ons lichaam zoals het psychisch, psychiatrisch en cognitief functioneren van de mens. Een tekort aan vitamine D lijkt een wereldwijd probleem. Vroeger kwam het veelal voor bij mensen die in grote steden met vervuilde lucht leefden, tegenwoordig lopen meer mensen een risico op het ontwikkelen van vitamine D-tekorten. Ongeveer 70% van de ouderen in Nederland heeft een vitamine D-tekort. Jaarlijks komt één op de drie senioren ten val. Ongeveer 10% van hen loopt letsel op. Voldoende vitamine D in het bloed kan wellicht preventief werken. Eensluidend bewijs is er echter nog niet en verschillende onderzoeken spreken elkaar tegen.
Stil delier Lees meer over Stil delier Stil delier
Het neuropsychiatrische syndroom delier komt veel voor bij ouderen en heeft verstrekkende gevolgen voor de patiënt en diens familie. Er zijn drie subtypen van het delier: het hyperactieve, het hypoactieve en gemengde delier. Het hypoactieve of stil delier komt waarschijnlijk relatief vaker voor bij ouderen, maar wordt helaas regelmatig over het hoofd gezien. De verpleegkundige neemt een centrale positie in bij het vroegtijdig herkennen van het hypoactieve delier en het inzetten van interventies gericht op preventie en behandeling. Ook voorlichten van familie en het betrekken van de familie bij de behandeling zijn hierbij belangrijke aspecten. Daarnaast wordt in dit artikel aandacht besteed aan de pathofysiologie, diagnostiek en medicamenteuze behandeling van het hypoactieve delier.
Multidisciplinaire richtlijn ‘Herkenning en behandeling van pijn bij kwetsbare ouderen’ Lees meer over Multidisciplinaire richtlijn ‘Herkenning en behandeling van pijn bij kwetsbare ouderen’ Multidisciplinaire richtlijn ‘Herkenning en behandeling van pijn bij kwetsbare ouderen’
Een groot deel van de kwetsbare ouderen heeft chronische pijn. Deze pijn wordt onvoldoende herkend en behandeld. De verpleegkundige heeft een belangrijke rol in het herkennen van pijn bij kwetsbare ouderen die thuis wonen, in het ziekenhuis of hospice verblijven of misschien wel in het verpleeghuis wonen. In al deze settingen komen verpleegkundigen in toenemende mate in aanraking met kwetsbare ouderen die mogelijk pijn ervaren. Kwetsbare ouderen kunnen hun pijn anders ervaren en uiten, zeker als het gaat om ouderen met cognitieve beperkingen. Evidentie over het herkennen en behandelen van pijn staat centraal in de richtlijn ‘Pijn bij kwetsbare ouderen’, die in 2011 is verschenen. Het gebruik van gevalideerde meetinstrumenten voor het meten van pijn is onontbeerlijk en vormt een eerste stap op weg naar optimale pijnbehandeling.
Functieverlies als gevolg van een ziekenhuisopname Lees meer over Functieverlies als gevolg van een ziekenhuisopname Functieverlies als gevolg van een ziekenhuisopname
Een groot deel van de ouderen heeft te maken met functieverlies als gevolg van een ziekenhuisopname. Dat betekent dat zij essentiële activiteiten zoals wassen, aankleden en lopen niet meer zelfstandig kunnen uitvoeren. Bij normale veroudering gaan de spiermassa en spierkracht achteruit; deze achteruitgang wordt ook wel sarcopenie genoemd. Een ziekenhuisopname kan deze achteruitgang verder versnellen. Vier factoren spelen daarbij een rol: de pre-existente geriatrische condities die aanwezig zijn bij opname, de ernst van de (acute) ziekte, de ziekenhuisomgeving en de herstelgerichte zorg na ontslag uit het ziekenhuis. In dit artikel wordt het werkingsmechanisme van ziekenhuisgerelateerd functieverlies verder uitgelegd.
Fysiotherapie voor de huisarts Lees meer over Fysiotherapie voor de huisarts Fysiotherapie voor de huisarts
Fysiotherapie is een belangrijke paramedische discipline, vooral in de eerste lijn, waar veel patiënten jaarlijks gebruik van maken. Sinds de invoering van de directe toegankelijkheid fysiotherapie kunnen patiënten zonder verwijzing bij de fysiotherapeut terecht. Wat betekent dit voor u als huisarts? Leidt dit tot minder belasting of juist tot nieuwe vragen? In deze nascholing krijgt u inzicht in de algemene werkwijze van de fysiotherapeut: het diagnostisch proces, het behandeltraject en de rol van specialisaties. Daarnaast wordt specifiek ingegaan op twee veelvoorkomende klachten van het houdings- en bewegingsapparaat: lage rugpijn en schouderpijn. Aan de hand van casuïstiek wordt dit proces stap voor stap doorlopen. De nascholing geeft u handvatten om uw samenwerking met de fysiotherapeut te optimaliseren en meer grip te krijgen op wat er met uw verwijzing gebeurt. Hoewel het onderwerp zich niet leent voor diepgaande kennisoverdracht, vormt deze nascholing een waardevolle eerste kennismaking met de praktische benadering van de fysiotherapeut binnen de eerstelijnszorg.
Slaap en slaapproblemen Lees meer over Slaap en slaapproblemen Slaap en slaapproblemen
Slaapklachten komen vaak voor, maar lang niet altijd is er sprake van een daadwerkelijke slaapstoornis. Veel mensen ervaren subjectief slecht slapen, terwijl er objectief geen tekort bestaat. Zeker bij ouderen is frequent wakker worden normaal, maar wordt dit soms onterecht als problematisch ervaren. Apothekers en assistenten spelen een belangrijke rol in het herkennen en beoordelen van slaapproblemen. In deze e-learning leert u onderscheid maken tussen subjectieve klachten en echte slaapstoornissen. BLOK A behandelt de fysiologie van slaap, leeftijdsgebonden verschillen in slaappatroon en het belang van goede voorlichting en slaaphygiënische adviezen. U krijgt inzicht in hoe u aan de balie het gesprek over slaap kunt voeren en op basis van enkele gerichte vragen kunt inschatten of farmacotherapie nodig is. In BLOK B staat medicamenteuze behandeling centraal. U leert over het kortdurend gebruik van slaapmiddelen, het verschil tussen benzodiazepinen en non-benzodiazepinen, en de risico’s van gewenning. Ook komt het ondoordacht verlengen van slaapmedicatie, bijvoorbeeld na ziekenhuisopname, aan bod. Deze nascholing ondersteunt u in het bewust, terughoudend en onderbouwd inzetten van slaapmedicatie, met aandacht voor preventie van langdurig gebruik.